'Ik wil af en toe rondlopen en snappen waar mensen mee bezig zijn.’
Sinds 1 januari 2019 is Paul Wouters de nieuwe decaan van de Faculteit der Sociale Wetenschappen. Een korte kennismaking met de hoogleraar Sciëntometrie en voormalig directeur van het Centrum voor Wetenschap en Technologie Studies (CWTS).
Je bent verhuisd vanuit het Willem Einthovengebouw aan de overkant. Voel je je al thuis hier in het Pieter de la Courtgebouw?
‘Ik voel me hier prima thuis. Dat komt vooral door de vele enthousiaste reacties vanuit FSW op mijn benoeming, vanuit onderzoekers, docenten en ondersteunend personeel. Dat vond ik heel leuk, dat mensen me blijkbaar al een beetje kenden. Ik heb hier natuurlijk als directeur van het CWTS al rondgelopen en omdat wij – of zij nu – daar onderzoek doen naar onderzoek, had ik al best veel te maken met sociale wetenschappers hier.’
Studenten kennen een decaan als iemand die op de middelbare school studieadvies geeft. Hier op de universiteit heeft de decaan als ‘directeur van de faculteit’ een hele andere rol. Hoe zie jij jouw rol?
‘Ik wil mensen inspireren en ze helpen om ideeën te ontwikkelen om de faculteit te versterken. De faculteit staat er heel goed voor. De vorige decanen, Hanna Swaab en Philip Spinhoven, zijn voorbeelden voor mij. Een decaan is verantwoordelijk voor de hele faculteit, samen met het hele bestuur, de wetenschappelijk directeuren van de instituten en de hoofden van de verschillende diensten. Ik zie de decaan ten eerste als ondersteuner die de faculteit zo helpt in te richten en verder te laten ontwikkelen dat het onderwijs en onderzoek optimaal wordt ondersteund en de sociale wetenschappen in de maatschappij op allerlei manieren door te laten werken. Tegelijkertijd, heeft een decaan ook de verkennersrol, waarin nieuwe wegen worden verkend en lijnen uitgezet voor het sociale wetenschappelijk onderzoek van de toekomst.’
Lees meer over de inhoud van dit plan in de Nieuwjaarsspeech die decaan Paul Wouters gaf op de nieuwjaarsreceptie van 8 januari 2019.
Wat zijn jouw plannen voor de faculteit?
‘Ik wil met de faculteit een breed gedragen visie ontwikkelen op de toekomst van de sociale wetenschappen en wat die betekent voor de strategie en de prioriteiten van onze faculteit. In dat proces kunnen we nieuwe ideeën uit de faculteit halen, vooral op het kruisvlak van de disciplines. Ik wil me vooral richten op de bevordering van interdisciplinaire samenwerking, het scheppen van een grotere variëteit aan carrièrepaden binnen de universiteit, het stimuleren van diversiteit binnen de universiteit, en natuurlijk ook op een veilig werk- en studeerklimaat.’
Hoe wil jij medewerkers en studenten betrekken bij jouw plannen?
‘Bij het visieproject dat de komende 3 jaar zal lopen, wil ik de hele faculteit betrekken. Weten waar de prioriteiten en mogelijkheden liggen. Ook studenten zullen in dit project een rol krijgen. Ik begon zelf mijn studie in 1968, ik nam deel aan de studentenprotesten en was bestuurder in de studentenraad toentertijd. En ik ben nog steeds van mening dat studenten een ongelooflijk belangrijke rol kunnen spelen in de ideevorming over de toekomst van de universiteit. Daarom vind ik ook de gesprekken met de Faculteitsraad belangrijk. Dat debat komt de kwaliteit van je faculteit alleen maar ten goede. Ik wil toegankelijk en transparant zijn voor individuele medewerkers, hoewel dat best lastig wordt met een agenda vol vergaderingen. Maar ik wil toch proberen om ruimte te houden aanspreekbaar te zijn en af en toe rond te lopen en te snappen waar mensen mee bezig zijn.’
Waar kunnen collega’s en studenten jou over horen praten als het niet over werk gaat? Trump, Wie Is De Mol, of muziek?
‘Jazzmuziek is echt een hobby. Ik ben amateurdrummer in een bandje. Dat stelt niet veel voor, maar is wel heel leuk. Schaken vind ik heel leuk, op mijn telefoon voer ik met vrienden steeds 2 of 3 schaakpartijen. En elke maand ga ik een dag wandelen, een uur of 6, in Nederland, heerlijk!’
Wat is tot slot je beste tip of voornemen voor 2019?
‘Persoonlijk, wil ik mijn conditie op peil houden, regelmatig zwemmen. En niet teveel werkdiners. Diners heb ik graag thuis, mijn man is een geweldig goede kok en die 2 uur samen eten is een voor ons een belangrijk moment van de dag. Een tip voor sociale wetenschappers in het algemeen: Bedenk wat een goede tijd het is om een sociaal wetenschapper te zijn. De grote problemen die spelen hebben allemaal een sociaal-wetenschappelijke kant. Het idee dat vooruitgang komt door technologie is maar ten dele waar, het komt vooral door verandering in sociale processen. Die technologie snap je pas, als je de sociale structuren snapt. Wij als sociale wetenschappers kunnen daarom echt een bijdrage leveren. Dus voldoende reden om vrolijk en optimistisch dit jaar in te gaan.’