Zelfs eenvoudige taalregels leren is niet eenvoudig
De cognitieve oorsprong van het menselijk vermogen om taalkundige regels te leren. Daar wordt naar gezocht in een groot interdisciplinair NWO-onderzoeksproject. En dat valt nog niet mee, volgens taalkundige Andreea Geambaşu en haar collega's. Promotie op 11 december.
Geambaşu wilde een vaak geciteerde studie van Marcus et al. uit 1999 repliceren. De experimenten in dat onderzoek lieten zien dat zeven maanden oude baby's eenvoudige patronen zoals XYX, XXY of XYYY in korte tijd kunnen leren, in series van lettergrepen, bijvoorbeeld le-di-le, le-le-di of le-di-di-di. Het onderzoek toonde ook aan dat baby's in staat zijn om deze regel te veralgemenen, dat wil zeggen, toe te passen op nieuwe informatie.
Aandacht is belangrijk
Het was de bedoeling van de onderzoekers om voort te borduren op de experimenten van Marcus et al. en het leren van complexere regels te onderzoeken. Maar ondanks de pogingen om de experimenten zo precies mogelijk te reproduceren, bleven de resultaten echter afwijken van die van Marcus et al.: ze vonden consistent bewijs dat, ongeacht het patroon dat in de leerfase werd aangeboden, baby's de voorkeur gaven aan patronen met direct herhaalde elementen, zoals XXY of XYYY. De onderzoekers ontdekten dit door verschillende geluidscombinaties af te spelen en te observeren naar welke combinaties de baby's langer wilden luisteren.
Kijken naar foto's
In een volgend experiment bestudeerden de onderzoekers baby's in de leeftijd van twaalf tot veertien maanden. Zuigelingen van deze leeftijd zijn net begonnen met praten, en kennen al de betekenis van veel gebruikte woorden. Geambaşu en haar collega's veronderstelden dat hun woordenschat baby's kan helpen bij het leren van taalkundige regels. De baby's kregen foto's te zien van voorwerpen die ze kenden en waarvan ze de namen al kenden, van voorwerpen die ze kenden maar waarvan ze de namen niet kenden, en van onzinnige voorwerpen. De foto's waren gerangschikt volgens de eenvoudige XYYY- of XYX-regels zoals in de vorige studies. Het vermogen om regels te leren leek te verbeteren als de baby's de woorden voor de gepresenteerde objecten kenden en als de regel die ze moesten leren een herhaling (XYYY) bevatte. Opnieuw leek herhaling belangrijk voor het leerproces van de baby's.
Acht verschillende talen
In weer een andere studie werden meer dan 40.000 orale uitingen van kinderen tot één jaar in acht verschillende talen geanalyseerd. Dit werd ook gedaan om beter te begrijpen welke soorten patronen baby's produceren op de leeftijd waarop de literatuur aangeeft dat ze in staat zouden moeten zijn om eenvoudige XYX-type regels te leren. De studie toonde echter iets anders dan de onderzoekers verwachtten op basis van hun eerdere bevindingen: baby's beginnen niet te praten door aanvankelijk alleen maar repetitieve lettergrepen zoals ba-ba-ba te produceren, en pas later niet-repetitieve lettergrepen zoals ba-di-go. Ze produceren vanaf het allereerste begin zowel repetitieve als niet-repetitieve sequenties. Feitelijk waren niet-repetitieve sequenties (XYZ) zelfs consequent het meest voorkomende type sequenties dat in verschillende talen werden geproduceerd. Bovendien produceerden baby's het XYX-patroon dat ze naar verwachting volgens de waarnemingsexperimenten zeer zelden zouden voortbrengen. Dergelijke patronen zouden mogelijk moeilijk te leren zijn omdat ze zo ongewoon zijn in natuurlijke taal.
Geambaşu's onderzoek laat zien dat het leren van taal ongelooflijk complex is, en het leervermogen van kleine kinderen enorm.
Over de onderzoeker
Twee maanden geleden werd Geambaşu moeder van een zoon die vier talen leert: Nederlands, Roemeens, Turks en Engels. Het gezin woont in Nederland en gezien het feit dat Geambaşu bij het LUCL nu verder gaat als manager van het taallaboratorium, zal dit voorlopig zo blijven. De nieuwe wereldburger gaat dus veel in contact komen met Nederlanders. Geambaşu zelf is Roemeens, haar man Turks en samen spreken ze Engels. Haar zoon zal niet in de war raken door deze ingewikkelde taalsituatie, weet taalkundige Geambaşu. 'Het is belangrijk om voor elke taal een interessante, motiverende taalomgeving te creëren", zegt ze. 'Hoewel we dus nog steeds niet precies weten hoe, weten we wel dát een kind dan snel leert.'
In elk geval zit Geambaşu nu met haar neus op een praktisch voorbeeld en kan ze goed observeren hoe de taalverwerving in dit specifieke geval verloopt. Eén kind bestuderen is niet wetenschappelijk, maar voor een taalkundige ongetwijfeld wel bijzonder interessant.
*****
Promotie Andreea Geambaşu
Simple rule learning is not simple: Studies on infant and adult pattern perception and production
11 december 2018
*****
Tekst: Corine Hendriks
Mail de redactie