Burgemeester Delft roemt universitaire samenwerking met Leiden en Rotterdam
‘Beste bestuurders en beleidsmakers, gebruik ons!’, is wat de samenwerkende universiteiten van Rotterdam, Delft en Leiden zeggen. Die oproep is niet aan dovemansoren gericht, stelt de Delftse burgemeester Marja van Bijsterveldt. ‘Nu kunnen we nóg meer kennis benutten voor maatschappelijke opgaven in de stad.’
Dit artikel verscheen eerder in het magazine van Leiden-Delft-Erasmus.
Van Bijsterveldt vindt de nieuwe strategie en intensivering van de samenwerking tussen de Universiteit Leiden, de TU Delft en de Erasmus Universiteit Rotterdam (kortweg Leiden-Delft-Erasmus of LDE) een goede zaak. ‘Doordat onze kennisinstellingen zich organiseren en hun krachten bundelen, gaan we het verschil maken. Vooral ook dat ze hun kennis willen inzetten om maatschappelijke problemen in de regio te helpen oplossen. De kennis die we in huis hebben, wordt daarmee geen ver-vanmijn-bedshow, maar helemaal hier en nu. De universiteiten leveren getalenteerde ingenieurs en doctorandussen af. Met deze nieuwe LDE-strategie worden dat maatschappelijk betrokken getalenteerde ingenieurs en doctorandussen.’
Meer dan alleen een technische oplossing
De samenwerking tussen gemeenten en kennisinstellingen is niet nieuw. Zo werkt de gemeente Delft al enkele jaren nauw samen met de TU Delft. En net als in andere gemeenten zitten ook in Delft ambtenaren met wetenschappers en studenten rond de tafel om samen oplossingen te vinden voor maatschappelijke uitdagingen.
'Niet elke maatschappelijke opgave vraagt om alléén een technische oplossing'
In hoeverre voegt de nieuwe LDE-strategie hier iets aan toe? Van Bijsterveldt: ‘Deze strategie voegt meerdere dimensies toe. De TU Delft is een kei in het vinden van technische oplossingen. Maar niet elke maatschappelijke opgave vraagt om een technische oplossing, of om alléén een technische oplossing. De LDE-strategie maakt het mogelijk om maatschappelijke vraagstukken multidisciplinair aan te vliegen. We kunnen roeien met meer riemen – en komen dus sneller vooruit.’
Maatschappelijke betrokkenheid wordt groter
Net als de kennisinstellingen werken ook de lokale overheden samen, in diverse regionale samenwerkingsverbanden, van de Metropoolregio Rotterdam-Den Haag (MRDH) tot de Economic Board Zuid-Holland (EBZ). Ook op dit bovenstedelijk niveau ziet Van Bijsterveldt mogelijkheden om de LDE-strategie te benutten. ‘We staan aan de vooravond van ingrijpende ontwikkelingen, op het gebied van verduurzaming bijvoorbeeld.
Die ontwikkelingen stoppen niet bij de gemeentegrens. Een voorbeeld is het idee voor een regionaal Warmtenet, van Rotterdam tot in Leiden. Ook in zulke stadsoverstijgende trajecten kunnen we de beschikbare kennis goed benutten. Niet alleen om ze technisch tot een goed einde te brengen, ook om de maatschappelijke betrokkenheid en daarmee het draagvlak te vergroten.’
'Ontwikkelingen stoppen niet bij de gemeentegrens'
Met verduurzaming noemt Van Bijsterveldt ook één van de vier thema’s waarop de universiteiten hun krachten willen bundelen. De andere thema’s zijn: de gezonde samenleving, de digitale samenleving en de inclusieve samenleving.
‘De universiteiten tonen met deze thema’s al hun maatschappelijke betrokkenheid’, stelt Van Bijsterveldt tevreden vast, ‘want dit zijn precies de thema’s die van belang zijn bij de grote actuele economische en maatschappelijke transities.’
De stad of regio als collegezaal
‘Hoe gaan we om met de klimaatveranderingen, de digitalisering van de samenleving, energievraagstukken, de gezondheidszorg, hoe kunnen we de economie verduurzamen? En boven alles: hoe zorgen we ervoor dat verschillende groepen mensen in de samenleving mee kunnen komen en er geen ontwrichtende tweedeling ontstaat?
'We winnen er veel bij door samen op te trekken'
We winnen er veel bij door op deze vlakken samen op te trekken. De samenleving, deze regio wordt daar beter van, daar ben ik van overtuigd. Ook de kennisinstellingen worden er beter van, ze kunnen de stad of regio als collegezaal of practicum aan - bieden, en met hun studieaanbod inspelen op een nieuwe vraag naar kennis. En ambtelijke organisaties worden er beter van als ze geruggesteund door wetenschappelijke onderzoeken, gerichter en effectiever beleid kunnen maken en belanghebbende weten te betrekken.