VN-onderzoekscommissies balanceren tussen recht en politiek
Chemische wapens in de Syrische burgeroolog, schending van de mensenrechten in Noord-Korea en genocide in Myanmar: de afgelopen jaren brachten verschillende internationale onderzoekscommissies van de Verenigde Naties schokkende rapporten naar buiten. Catherine Harwood onderzocht de rol en de status van deze commissies en verdedigt woensdag 7 november haar proefschrift.
'Ik ben geïntrigeerd door de manier waarop de VN dergelijke onderzoekscommissies inzet om gevallen van massale wreedheden te onderzoeken', vertelt Harwood. 'De commissies bestuderen vermoedelijke schendingen van het internationale recht en hun bevindingen trekken veel aandacht. Toch zijn de commissies geen gerechtelijke instanties en zijn hun uitkomsten juridisch niet bindend. Dat maakte me nieuwsgierig naar de rol en de functie van zulke onderzoekscommissies.'
Harwood onderzocht zo'n dertig VN-onderzoekscommissies, waarvan de meeste na 1992 zijn opgericht. Ze bestudeerde onder meer de oprichting, de werkwijze en de bevindingen en aanbevelingen van deze commissies. 'De commissies richten zich op afzonderlijke gevallen, dus in feite staan ze ieder op zichzelf. Met dit vergelijkende onderzoek heb ik geprobeerd om algemene trends en patronen te identificeren aangaande hun samenspel met internationaal recht.'
Grijs gebied
Uit het onderzoek van Harwood blijkt dat de commissies in staat zijn om verschillende rollen en functies te vervullen. Deze rollen bepalen telkens de interactie met de internationale wetgeving. De commissies proberen de waarheid te achterhalen, geven slachtoffers een stem, veroordelen rechtenschendingen en dringen aan op maatregelen. 'De commissies zijn zich ervan bewust dat ze opereren in een grijs gebied tussen internationaal recht en politiek. Juist deze informele rol brengt ze in de gelegenheid om met vernieuwende juridische interpretaties te komen, de aandacht te vestigen op rechtenschendingen en vervolgacties te katalyseren. Tegelijkertijd blijft er ruimte voor diplomatieke benaderingen en discreetheid bij het implementeren van de aanbevelingen.'
Prof. dr. L.J. van den Herik & prof. dr. C. Stahn over Catherine Harwood:
Catherine Harwood is absoluut de meest ijverige en betrouwbare promovendus die we ooit hebben begeleid. Ze heeft een geweldig en actueel proefschrift geschreven. Het was fantastisch om met haar in het Grotius Centre te werken.
Tekst: Floris van den Driesche
Mail de redactie