Mariska Wesselo wint landelijke scriptieprijs met onderzoek naar 'verhaaltjessommen'
Mariska Wesselo heeft de landelijke scriptieprijs 2018 gewonnen met haar onderzoek naar het effect van een verhaalcontext op het oplossen van breukenopgaven en het verband met conceptuele breukenkennis. Haar onderzoek is een belangrijk bijdrage aan de huidige discussie over doorlopende leerlijnen van het basisonderwijs naar het voortgezet onderwijs.
'Voor mijn bachelorscriptie heb ik onderzoek gedaan naar breukenopgaven. Hierbij heb ik gekeken naar de verschillen in prestaties wanneer deze opgaven numeriek of in verhaalvorm werden aangeboden', aldus de alumna van de Academische Pabo: 'Verhaaltjessommen zijn onderdeel van het realistisch rekenen dat leerlingen zou moeten helpen de opgaven beter te begrijpen. Leerlingen zouden door dit rekenen gemakkelijker de link leggen met de dagelijkse praktijk.'
De onderzoeksresultaten van Mariska Wesselo wijzen uit dat groep achters en 1ste en 2de klassers uit het voorgezet onderwijs beter presteren op breukenopgaven met een context dan zonder context. Volgens Wesselo's begeleiders is nog niet eerder gevonden dat een context écht kan helpen bij het oplossen van een rekenopgave. De voorlopige resultaten van dit onderzoek zijn dan ook belangrijk voor de onderwijspraktijk.
Verder geven Wesselo's resultaten inzicht in het belang van het begrip (conceptuele kennis) van breuken. Ze heeft namelijk gevonden dat de mate van conceptuele kennis van leerlingen positief verband houdt met de prestaties op zowel opgaven zonder context als opgaven met een context. Oftewel: bij beide typen opgaven speelt begrip van wat een breuk is en voorstelt een rol.
Meningen sterk verdeeld
Kinderen vinden rekenen met breuken vaak moeilijk en juist bij dit domein wordt gezegd dat het situeren in realistische contexten de kinderen kan helpen. Daarom wordt op de basisschool breuken vrijwel uitsluitend als 'verhaaltjessommen' aangeboden. Des te opvallender is dat in het voortgezet onderwijs breukenopgaven vaak juist als kale opgaven in de methoden zitten. De meningen over het nut en de noodzaak van contextopgaven binnen het rekenonderwijs zijn echter sterk verdeeld. Sommigen vinden dat realistische contexten bijdragen aan begripsvorming, terwijl anderen juist beweren dat rekenen door de verhaaltjes ‘meer begrijpend lezen’ wordt.
Doorlopende leerlijnen
De resultaten uit Mariska’s onderzoek hebben grote waarde voor het onderwijs. Tegen het heersende beeld in blijkt dat verhaaltjessommen gemakkelijker kunnen zijn dan kale opgaven - zelfs in het voortgezet onderwijs waar leerlingen vooral met kale breukenopgaven moeten rekenen. Er kunnen dan ook vraagtekens gezet worden bij de huidige abrupte overgang van contextrekenen in groep 8 naar kaal rekenen met breuken in het voortgezet onderwijs. Dit is een belangrijke conclusie in het licht van huidige discussies over doorlopende leerlijnen.
De scriptieprijs van het Landelijk Netwerk Academische Pabo’s werd eind maart uitgereikt in de VU door Anko van Hoepen, vice-voorzitter van de PO-Raad. De prijs bestaat uit een geldbedrag van €3000 te besteden aan vervolgonderzoek of professionalisering.