Klein maar niet zo fijn?
In hoeverre hopen nanodeeltjes zich op in planten en dieren, en welke eigenschappen van de deeltjes spelen hierbij een rol? Willie Peijnenburg, hoogleraar Milieutoxicologie en biodiversiteit kreeg een Marie-Curie beurs toegekend om onderzoek te doen naar de milieueffecten van nanodeeltjes.
Nanodeeltjes tegen zweet
Nanodeeltjes zijn deeltjes met een grootte tussen de 1 en 100 nm. Doordat ze zo klein zijn, hebben ze hele specifieke eigenschappen, die anders zijn dan de eigenschappen van vergelijkbare deeltjes van groter formaat. Vanwege deze vaak nuttige eigenschappen gebruikt men nanodeeltjes dan ook in toenemende hoeveelheden en in steeds meer producten. In kleding worden nanodeeltjes bijvoorbeeld gebruikt voor het voorkomen van zweetlucht. Verder zijn ze terug te vinden in tennisrackets, elektronica, voedingsmiddelen, bestrijdingsmiddelen en autobanden.
Schadelijke effecten
Aan de andere kant zijn er ook zorgen om de mogelijke milieu-effecten van nanodeeltjes. Juist die specifieke eigenschappen en hun kleine omvang zorgen er namelijk voor dat nanodeeltjes schadelijker kunnen zijn dan grotere deeltjes van dezelfde stof. ‘Het gevaar is dat de piepkleine deeltjes zich wellicht kunnen ophopen in planten en dieren, een proces dat bioaccumulatie heet’, legt Peijenburg uit. ‘Vervolgens komen de nanodeeltjes dan via ons voedsel of drinkwater in het menselijk lichaam terecht’.
Marie-Curie beurs
Er zijn nog weinig gegevens over de ophoping van nanodeeltjes beschikbaar. Om hier meer inzicht in te krijgen, diende de onderzoeksgroep van Willie Peijnenburg een aanvraag voor een Marie-Curie beurs in. Deze is in januari 2018 gehonoreerd. Dankzij de beurs kan Fazel Abdolahpur Monikh van de Universiteit Wenen per 1 juni het team versterken. Hij gaat de komende twee jaar als post doc aan het project werken.
Het project richt zich op het ontwikkelen en toepassen van nieuwe onderzoekstechnieken voor het bepalen van (de mate van) opgehoopte nanodeeltjes in aquatische organismen. Aan de andere kant gaan de onderzoekers kijken in hoeverre specifieke eigenschappen van nanodeeltjes invloed hebben op de mate van accumulatie in planten en dieren. Zij zullen bijvoorbeeld kijken naar de grootte van de deeltjes, vorm, chemische samenstelling en de aanwezigheid van een coating op de buitenkant van de nanodeeltjes.
Meer nuance
De verwachting is dat het nano-project niet alleen belangrijke inzichten zal opleveren over de milieurisico’s van nanodeeltjes, maar ook inzichten die van belang zijn voor nabije onderzoeksgebieden. Denk hierbij aan de ontwikkeling van nanomedicijnen, nanopesticides en nanoplastics. ’Op dit moment heerst er bij het grote publiek een zekere angst voor de gevolgen van de aanwezigheid van micro- en nanoplastics in het milieu. De resultaten van dit onderzoek zullen bijdragen aan een meer genuanceerde afweging van de voor- en nadelen van het grootschalige gebruik van kleine deeltjes in alledaagse producten die niet altijd essentieel zijn voor ons leefplezier’, aldus Willie Peijnenburg.
De Marie Skolodowska Curie acties (MSCA) zijn een initiatief van de Europese Commissie. De MSCA verstrekt beurzen om het voor onderzoekers aantrekkelijker te maken in Europa te komen werken. De beurzen zijn geschikt voor onderzoekers die in het buitenland willen werken. Individuele onderzoekers, of onderzoekers bij kennisinstellingen of bedrijven kunnen een beurs aanvragen. Ook organisaties en bedrijven die een onderzoeker uit het buitenland willen aannemen, kunnen een beroep doen op een beurs. Voor de periode 2013-2020 is een bedrag van €5,6 miljard vrijgemaakt.