Vrouwelijke onderzoekers in de spotlight voor Physics Ladies Day
Op donderdag 9 november organiseert de Universiteit Leiden haar jaarlijkse Physics Ladies Day voor vrouwelijke scholieren die op zoek zijn naar een studie na de middelbare school. Ter gelegenheid van deze feestelijke dag laten we nu alvast twee vrouwelijke onderzoekers aan het woord over hun ervaringen in de natuurkunde.
Vera Janssen, promovenda experimentele natuurkunde
‘Toen ik tijdens mijn studie natuurkunde het lab in mocht, werd ik gegrepen door het onderzoek. Ik voerde in mijn bachelor een project uit van een aantal maanden in een onderzoeksgroep. Om mijn experiment werkend te krijgen loste ik een hele reeks van ontzettend gevarieerde puzzels op. Voor het interpreteren van de data heb je daarna ook nog een enorm probleemoplossend vermogen nodig.
‘Nu doe ik een promotieonderzoek naar de elektronische eigenschappen van superdunne materialen. Het bijzondere aan die materialen is dat het laagjes zijn van maar één atoom dik. Die ultiem dunne geometrie is nuttig voor allerlei toepassingen in elektronica, maar ook fundamenteel interessant.
‘Voor mijn onderzoek maak ik zelf mijn samples in een cleanroom. Dat is een ruimte met allerlei machines om hele kleine structuren op een chip te maken. Daarna meet ik aan de samples in een laag-energetische elektronenmicroscoop. Dat is een microscoop waarbij je geen licht gebruikt om te kijken naar het oppervlak van je sample, maar elektronen. Omdat elektronen een andere interactie met een materiaal hebben dan licht, kun je opeens heel andere dingen zien.
‘Tijdens mijn promotie is elke werkdag weer anders. Je weet nooit welke nieuwe puzzel opgelost moet worden, of wat je daarvoor moet leren en wie je daarvoor moet leren kennen. Ook de sociale omgeving is ontzettend leuk. Ik werk met veel mensen uit verschillende landen. Dat leert je op een heel andere manier kijken naar alles wat je gewoon vindt.’
Martina Huber, Universitair docent biofysica
‘In mijn laatste jaren op de middelbare school haalde ik goede cijfers voor alle vakken en had ik een brede interesse. Uiteindelijk koos ik voor exacte wetenschappen, omdat ze een grotere uitdaging leken en ik een poging wilde wagen. Mijn oorspronkelijke keuze was scheikunde, maar tijdens mijn studie raakte ik geïnteresseerd in grote en biologisch relevante moleculen, en natuurkunde was de manier om daarover te leren.
‘Van wat ik tijdens mijn studie deed, had ik veel plezier in het oplossen van problemen. Maar uiteindelijk vond ik experimenten het meest fascinerend. Begrijpen waarom het experiment of de opstelling niet werkt en de oplossing vinden geeft extreem veel voldoening. Of zelfs het vinden van een andere uitkomst dan je verwachtte vanuit het oorspronkelijke idee is erg bevredigend. En de echte thrill krijg je later als je ineens het grote geheel inziet.
‘Ik koos voor de academische wereld omdat je dan mag focussen op één probleem en dat tot de bodem kunt uitzoeken. Lesgeven aan studenten en samenwerken in een onderzoeksgroep, met alle verschillende achtergronden en talenten van mensen, is een van de mooiste ervaringen die je kunt meemaken.
‘Een van de voordelen van werken in de wetenschap is de internationale omgeving. In mijn vakgebied zijn er excellente groepen in Duitsland, Frankrijk, Italië, Amerika en Rusland. Ik heb twee jaar in San Diego gewerkt als postdoc en één jaar in Zweden als gasthoogleraar. Beide keren leerde ik over nieuwe culturen en verschillende manieren om wetenschap te bedrijven.
‘Mijn onderzoeksgroep ontwikkelt geavanceerde methodes voor Electron Paramagnetic Resonance die beter inzicht geven in hoe eiwitten werken. Met andere woorden: we gebruiken grote machines om te leren over de leefwereld op de nanometerschaal. We hebben specifieke interesse in flexibele eiwitten, die belangrijk zijn voor leven en sommige ziekteprocessen. Die eiwitten gedragen zich niet zoals gewone eiwittten, dus om ze te beschrijven hebben we nieuwe natuurkunde nodig.’