Regeerakkoord Rutte-III: nog nooit zo weinig democratische vernieuwing
Het regeerakkoord van Rutte-III is gepresenteerd en de commentaren vliegen je om de oren. Bestuurskundigen Arco Timmermans en Gerard Breeman onderwierpen het nieuwe akkoord én elk regeerakkoord sinds 1963 aan een systematische analyse en zagen: het gaat bijzonder veel over de arbeidsmarkt, en nog nooit zo weinig over democratische vernieuwing.
Arco Timmermans is bijzonder hoogleraar Public Affairs en Gerard Breeman universitair docent Bestuurskunde, beiden aan de Universiteit Leiden. Samen leiden zij het Nederlandse onderzoek naar de politieke agenda, dat deel uitmaakt van het internationale Comparative Agendas Project. Ze hebben een grote database waarin analyses van elk regeerakkoord sinds 1963 – en elke Troonrede, alle Kamervragen en wetsvoorstellen – zijn opgenomen. ‘We analyseren eigenlijk de politieke aandacht voor bepaalde onderwerpen,’ legt Breeman uit. Volgens een internationale standaard worden alle voornemens in een regeerakkoord geschaard onder een van twintig hoofdthema’s en meer dan 250 subthema’s. ‘Zo kunnen we zien welke onderwerpen stijgen en dalen in de aandacht, en dat vergelijken over tijd, tussen kabinetten en tussen landen.’
Het lijstje stijgers en dalers van het regeerakkoord van Rutte-III vinden Timmermans en Breeman opvallend. ‘Het hoofdthema is duidelijk arbeid en werkgelegenheid, bijna 15% van de voornemens in het akkoord gaat hierover,’ zegt Timmermans. Dat is bijna een verdubbeling ten opzichte van Rutte-II, weten de onderzoekers. Breeman merkt op dat het sinds 1963 niet zo weinig over bestuur en democratische vernieuwing is gegaan. ‘Dat is bijzonder, met D66 in het kabinet.’
Een ander onderwerp dat er bekaaid af komt bij Rutte-III is sociale zaken en welzijn. ‘Dat staat op een historisch laag niveau, met maar 2,7%,’ zegt Breeman. Een trendbreuk, volgens hem. ‘We voeren deze analyses ook uit per kabinetsjaar. Als je dan elk jaar naar de top-vijf kijkt, staat sociale zaken en welzijn daar de afgelopen tien jaar altijd in. Maar in dit akkoord komt het amper aan bod.’ Ook is er weinig aandacht voor macro-economie. Timmermans: ‘Daar kunnen we uit afleiden dat de economische crisis nu echt wel voorbij is.’
Zo zijn er meer ‘crises’ die hun weerslag hebben op het regeerakkoord. Ongeveer 4% van de voornemens van het nieuwe kabinet gaan over landbouw en voedsel. Dat lijkt weinig, maar het is nog nooit zo hoog geweest. Onder dit onderwerp valt ook alles over voedselveiligheid. Breeman: ‘Die toename aan politieke aandacht is makkelijk terug te leiden naar de verschillende voedselschandalen van de afgelopen jaren, zoals het paardenvlees en de fipronil-eieren.’
De bestuurskundigen keken ook meer in het algemeen naar het regeerakkoord. Het was niet alleen de langste formatieperiode, het is ook het langste akkoord sinds 1963. ‘Minder pagina’s, maar met veel kleine lettertjes zodat het totaal aantal woorden boven de 40.000 uitkomt’, aldus Timmermans. Breeman vindt de titel ook opmerkelijk. ‘Het motto is Vertrouwen in de toekomst. Maar het is een uiterst gedetailleerd akkoord, waarin bijna alles is dichtgetimmerd. Dan is er eigenlijk geen reden meer tot vertrouwen, want alles ligt al vast.’ Timmermans: ‘Misschien is het een reactie op de aanpak bij het vorige regeerakkoord. Dat was een snel gesloten uitruil-akkoord waarbij het vlak na de start van het kabinet al bijna mis ging.’ Nu is het volgens Timmermans weer een typisch compromissenakkoord. ‘Het zal voor de vier partijen nog een hele toer worden om daar met elkaar een balans in te houden. Ik verwacht wel dat de angst voor verkiezingen een rol zal spelen om de club bij elkaar te houden. Dat was in het vorige kabinet ook al zo.’
In 1963 maakten de coalitiepartijen voor het eerst hun akkoord (reeks afspraken) in een document openbaar. In de jaren ervoor was er voornamelijk sprake van losse afspraken, soms ook ongeschreven en gentlemen's agreements. Het regeerakkoord werd vanaf 1963 steeds meer een officieel document dat ook in de Handelingen van de Tweede Kamer werd opgenomen, samen met de verslagen van de informateur(s).
Alle grafieken in dit artikel zijn gemaakt door Gerard Breeman en Arco Timmermans, Universiteit Leiden.