De martelaar is zelden een vrouw
Vrouwen spelen in de Iraanse literatuur over de Iran-Irakoorlog (1980-1988) een belangrijke rol achter het front. Maar verhalen over vrouwen als martelaar zijn een zeldzaamheid. Saeedeh Shahnahpur houdt er 16 februari een lezing over.
Het is ongetwijfeld één van de smerigste oorlogen van de afgelopen decennia: de oorlog tussen Iran en Irak. In de jarenlange strijd zette het leger van Saddam Hoessein op grote schaal gifgas in, en werden steden aan beide zijden van de grens aan gruzelementen geschoten. Toen de rook boven het slagveld in 1988 eindelijk optrok, vielen er zo’n 1,6 miljoen dodelijke slachtoffers te betreuren.
Ayatollah
‘Na de oorlog beschreven veel Iraanse auteurs hoe vrouwen deelnamen aan de verdediging van het land. Vooral hun taak achter het front kreeg veel aandacht, bijvoorbeeld het verzorgen van gewonde soldaten. Maar hun martelaarschap is een zeldzaam thema,’ zegt Saedeh Shahnahpur. Zij houdt over het onderwerp op 16 februari een openbare lezing. Dat doet ze in het kader van de What’s New-lezingen van islaminstituut LUCIS.
Vaststaand plot
De Iraanse oorlogsliteratuur volgde vrijwel altijd een vaststaand plot, laat Shahnahpur zien. Een jongeman van eenvoudige komaf voelt zich geroepen om zijn vaderland te dienen, en gaat vol overtuiging naar het front. Daar brengt hij op heroïsche wijze het ultieme offer aan het vaderland – hij wordt een martelaar. Hij sterft zonder angst, en accepteert zijn lot met open armen. Opvallend genoeg is de martelaar zelden een vrouw, ook niet bij de vrouwelijke Iraanse auteurs. Bovendien werden vrouwen na de oorlog amper geëerd op de officiële herinneringsplekken, zoals het martelarenmuseum in Teheran.
Esmāʻil Fasih
Een uitzondering op de regel is romancier Esmāʻil Fasih (1935–2009). Shahnahpur schreef haar dissertatie over zijn boek Winter van 1983 (Zemestan-e 62), dat geprezen wordt als het beste voorbeeld van de Iraanse oorlogsroman. Fasih voert vrouwen wél als martelaar op. In de stukgeschoten steden stierven zij immers op vergelijkbare manieren als hun vaders, mannen en zonen in de voorste gevechtslinies. Het maakt Fasih volgens Shahnahpur revolutionair in zijn onderwerpkeuzes: de schrijver balanceerde op het randje van het toelaatbare in de Iraanse maatschappij.