Geesten als medicijn voor een donker verleden
Geestverschijningen spelen in postkoloniale en minderheidsliteratuur een belangrijke rol om zwarte bladzijden uit de geschiedenis te verwerken, schrijft literatuurwetenschapper Chia-Sui Lee. Promotie op 11 januari.
Het is een beslissend moment in de roman Beloved van de Afro-Amerikaanse schrijfster Toni Morrison: de zwarte gemeenschap helpt hoofdpersoon Sethe om een kwade geest uit haar huis te verdrijven. Het is de geest van haar oudste dochter Beloved, die eerder door Sethe is omgebracht om niet in handen te vallen van een slavenhandelaar.
Collectief trauma
‘Met deze climax rekent Morrison af met een collectief trauma bij de nabestaanden van de Amerikaanse slaven,’ zegt Lee. ‘In de tijd van de slavernij waren de slaven vaak op zichzelf aangewezen, en kon je niet op hulp van je naasten rekenen. In Beloved staat de Afro-Amerikaanse gemeenschap wel klaar om de spoken van het verleden te verdrijven. Dat heeft een helende werking.’
Denkruimte
Geestverhalen kunnen volgens Lee denkruimte creëren in landen en regio’s waar één dominant verhaal heerst. Met name in de postkoloniale literatuur en de literatuur van minderheidsgroepen kan de geestverschijning een bijdrage leveren aan helingsprocessen, of het nu onder Afro-Amerikanen is of in het Zuid-Afrika van na de Apartheid. Lee: ‘Dankzij geestverhalen leren lezers bijvoorbeeld respect voor tradities, voorouders en de natuur. In die zin heeft de geest dus agency, daadwerkelijke macht om verandering teweeg te brengen.’
Moreel dilemma
Ook in The Woman Warrior van de Chinees-Amerikaanse auteur Maxine Hong Kingston is het een geestverschijning die een moreel dilemma aankaart. Hong Kingston vertelt hoe haar alleenstaande tante zwanger werd, uit de gemeenschap werd verstoten, en uiteindelijk zelfmoord pleegt. Ze keert later terug als geest. Met het verhaal kaart Hong Kingston onder meer het gebrek aan vrouwenrechten aan in de Chinese gemeenschap.