Relatief meer patiënten naar brandwondencentra
Een steeds groter percentage slachtoffers met brandwonden gaat naar gespecialiseerde brandwondencentra. Dat blijkt uit onderzoek van Jan Dokter, brandwondenarts en medisch coördinator van het brandwondencentrum in het Maasstad Ziekenhuis te Rotterdam. Promotie op 20 december.
Brandwondslachtoffers die een klinische behandeling moeten ondergaan, komen steeds vaker in een gespecialiseerd ziekenhuis terecht. Dat concludeert geneeskundepromovendus Jan Dokter na onderzoek in de registers van de drie Nederlandse brandwondencentra in Beverwijk, Rotterdam en Groningen. Waar in de jaren tachtig en negentig ongeveer een derde van de slachtoffers naar een gespecialiseerd brandwondencentrum ging, geldt dat momenteel voor ongeveer de helft van de gevallen. Bij kinderen ligt het percentage nog hoger.
Vroeg stadium
‘Een van de redenen voor deze verandering is het feit dat brandwondencentra tegenwoordig in een steeds vroeger stadium worden geconsulteerd door reguliere ziekenhuizen’, zegt Dokter, die gegevens analyseerde vanaf 1986. ‘Patiënten met ernstige brandwonden gaan vrijwel altijd eerst naar het dichtstbijzijnde ziekenhuis voor eerste opvang. Ik merk dat de artsen uit die ziekenhuizen nu veel eerder geneigd zijn om hun gespecialiseerde collega’s van de brandwondencentra te raadplegen over de verdere behandeling. Regelmatig besluiten zij samen dat het beter is om het slachtoffer voor vervolgbehandeling te verplaatsen naar een brandwondencentrum.’
Protocol
Ook de invoering van nieuwe protocollen heeft waarschijnlijk bijgedragen aan de toestroom naar de brandwondencentra. In 1998 brachten de Nederlandse Brandwonden Stichting en het Ministerie van Defensie de Emergency Management of Severe Burns (EMSB) naar Nederland, vrij vertaald een cursus spoedeisende hulp bij brandwonden. Met name vanaf 2001, na de nieuwjaarsbrand in Volendam, won deze cursus aan populariteit. ‘De vijf cursussen per jaar zijn altijd uitverkocht’, zegt Dokter, die zelf EMSB-instructeur is.
Wijzigingen
Met de invoering van EMSB werd een aantal belangrijke wijzigingen aangebracht in het brandwondenprotocol. Zo verwijzen artsen sinds die tijd slachtoffers door naar een gespecialiseerd brandwondenziekenhuis als hun lichaam voor meer dan vijf procent verbrand is met derdegraads brandwonden. Bij kinderen gebeurt dat ook bij tweedegraads brandwonden. Voorheen gold dat enkel voor slachtoffers met meer dan tien procent derdegraadsbrandwonden. Mede doordat brandwondencentra nu ook de minder zware gevallen behandelen, zag Dokter de sterftecijfers sinds 1986 dalen. In de jaren tachtig en negentig stierf zo’n zes procent van de patiënten in de brandwondencentra, inmiddels is dat minder dan drie procent.
Samenwerking
Dokter schrijft in zijn proefschrift dat een goede samenwerking tussen reguliere ziekenhuizen en brandwondencentra van belang is om artsen bewust te maken van de noodzaak van een goede eerste behandeling én een tijdige doorverwijzing van de ernstigste gevallen naar gespecialiseerde brandwondencentra. Volgens Dokter tonen de cijfers aan dat deze samenwerking steeds beter verloopt, en artsen elkaar beter weten te vinden. Zo hebben de drie brandwondencentra sinds 2009 een gezamenlijk registratiesysteem voor hun patiënten.
Bacteriën
Daarnaast onderzocht Dokter ook alle bacteriologische kweken van nieuw binnengekomen patiënten bij de brandwondencentra. Daaruit bleek dat met name patiënten die overgeplaatst zijn uit buitenlandse ziekenhuizen regelmatig antibioticaresistente bacteriën bij zich dragen, zoals de MRSA-bacterie.