Vrouwelijke onderzoekers in de spotlight voor Physics Ladies Day
Op vrijdag 28 oktober organiseert de Universiteit Leiden haar jaarlijkse Physics Ladies Day voor vrouwelijke scholieren die op zoek zijn naar een studie na de middelbare school. Ter gelegenheid van deze feestelijke dag laten we nu alvast vier vrouwelijke onderzoekers aan het woord over hun ervaringen in de natuurkunde.
Irene Battisti, promovenda experimentele natuurkunde
‘Als kind vond ik wiskunde erg leuk, en wetenschap in het algemeen. Op school kwam ik erachter dat je wiskunde daadwerkelijk kunt toepassen op wetenschap, om natuurkundige problemen op te lossen. Ik vind het heel gaaf om dingen te begrijpen, en de formules erachter. Daarom ging ik natuurkunde studeren.
‘Tijdens mijn studie was mijn leukste vak solid state physics. Daar bekijk je hoe elektronen bewegen door materialen, volgens de wetten van de kwantummechanica. De sfeer was heel vriendelijk en de omgang was informeel. Toen ik klaar was met mijn master, had ik nog steeds lol in natuurkunde, dus besloot ik om voor een promotie te gaan.
‘Ik ging naar Leiden voor mijn promotieonderzoek omdat ik in een internationale omgeving wilde werken. Ik kom graag in contact met mensen uit andere plekken op de wereld. Ik denk dat het je blik verruimt. Leiden is erg internationaal en het is makkelijk om hier als buitenlander te zijn. Nederlanders spreken goed Engels en staan open voor andere culturen.
‘In Leiden werk ik nu met een elektronenmicroscoop die we Tamagotchi noemen. We gebruiken hem om atomen te bekijken aan het oppervlak van kwantummaterialen en te begrijpen hoe elektronen zich gedragen binnenin materialen. Mijn onderzoek in Leiden is meer experimenteel dan op mijn vorige universiteit in Padova, en ik kwam erachter dat ik het erg leuk vind om in het lab te staan. Het doen van natuurkundig onderzoek leerde me om oplossingsgericht te denken. Die vaardigheid is ook buiten het lab erg handig.'
Kirsten Martens, promovenda biofysica
‘Wat ik het leukste vind aan natuurkunde, is het proberen inzicht te krijgen in de natuur door problemen op te lossen. Dat vergt een hoop nadenken, rekenen en experimenteren, maar het geeft veel voldoening als je uiteindelijk tot een oplossing komt en het probleem begrijpt.
‘Ik ben via een alternatieve route beland bij mijn promotieplek op het natuurkunde-instituut. Al op jonge leeftijd raakte ik geïnteresseerd in allerlei natuurwetenschappen. Astronomie, kosmologie en de evolutie van en op de aarde fascineerden mij zo dat ik koos voor een studie sterrenkunde. Tussentijds ben ik geswitcht naar scheikunde omdat die vakken me meer aanspraken. Via mijn masterstages ben ik uiteindelijk terechtgekomen bij mijn huidige baan in de biofysica.
‘Op de middelbare school lijkt het alsof natuurkunde en scheikunde niet zo veel met elkaar te maken hebben, maar dat klopt niet. Veel processen die in de natuurkunde aan bod komen, bestuderen scheikundigen ook, alleen vanuit een ander perspectief.
‘In mijn onderzoek bestudeer ik de interacties tussen DNA en eiwitten. Met heel gevoelige optische apparatuur detecteer ik elk deeltje apart en kan zo alle mogelijke interacties in kaart brengen. Die deeltjes zijn dan biologische moleculen, zoals eiwitten of DNA. Dit klinkt misschien als biologisch of medisch onderzoek, maar een belangrijk deel van mijn onderzoek is het optimaliseren en verbeteren van fysische, optische en soms ook chemische technieken.’
Daniela Kraft, universitair docent
‘Ik ging natuurkunde studeren omdat ik wilde begrijpen hoe de wereld in elkaar zit. Daar leek natuurkunde me het meest geschikt voor. Het gaat over de fundamenten van de natuur. Natuurkundigen beschrijven de wereld in modellen die alleen maar zo complex als nodig zijn, maar niet meer dan dat. Ik vind dat een fijne manier van denken en onderzoek doen. We houden het zo simpel mogelijk en gaan op zoek naar de essentie. Gezien de complexiteit van de wereld vind ik het fascinerend dat we hem zo goed begrijpen met een vaak eenvoudig model.
‘Tijdens mijn studie vond ik het heel leuk om samen met studiegenoten te puzzelen aan sommetjes. Het gevoel van een community van natuurkundigen was heel fijn. Ik vind het leuk om de passie voor natuurkunde te delen.
‘Ik heb nu mijn eigen onderzoeksgroep in Leiden, waarmee ik kleine deeltjes bestudeer die groot genoeg zijn om met een microscoop te zien, maar klein genoeg dat ze uit zichzelf heen en weer bewegen. We gebruiken die deeltjes om complexe processen op een vereenvoudigde manier te bestuderen. We komen er zo achter wat de essentiële ingrediënten zijn om een bepaalde structuur of gedrag te verkrijgen. Die inzichten gebruiken we om nieuwe en nuttige structuren te maken. In de toekomst kunnen we zo misschien zelfs medische robotjes bouwen.’
Babette de Jong, promovenda biofysica
‘Ik ontdekte mijn passie voor natuurkunde toen ik iets anders studeerde: biomedische wetenschappen. Ik specialiseerde in superresolutie microscopie en ontwikkelde een grote interesse voor het natuurkundige gedeelte daarvan. Na mijn master besloot ik om mijn ervaring in natuurkunde verder uit te breiden en solliciteerde voor een promotieplek in biofysica in Leiden.
‘Het leukste aan mijn onderzoek is dat de vragen die we stellen een mix zijn van natuurkunde, biologie en scheikunde. Die variatie maakt mijn werk heel interessant en bevredigend voor me. Het is erg leuk om problemen te bekijken vanuit verschillende invalshoeken. Er is altijd iets nieuws te leren of op te lossen. Ik vind het heel fijn dat onze groep bestaat uit mensen met verschillende academische en culturele achtergrond. Dat bevordert ook ons werk.
‘We bestuderen hoe eiwitten ons DNA kunnen lezen. We zijn een van de eersten die daar een specifiek onderdeel van onderzoeken, wat het project erg speciaal en uitdagend maakt. Mijn onderzoek geeft me dus niet alleen de kans om nieuwe dingen te leren, maar ook om echte nieuwe ontdekkingen te doen.’