Hoe is de wetgeving voor onbemande vliegtuigsystemen?
Benjamin Scott, student Lucht- en Ruimterecht in Leiden, stelde een uniek boek samen over het luchtrecht voor onbemande vliegtuigsystemen. Hij deed dit in opdracht van hoogleraar Lucht- en Ruimterecht prof.dr. Pablo Mendes d Leon en in nauwe samenwerking met de staf van het het Internationaal Instituut voor Lucht- en Ruimterecht van de Universiteit Leiden en haar alumni.
The Law of Unmanned Aircraft Systems is een veelomvattend werk waaraan vele luchtvaartexperts hebben bijgedragen die een sterke binding hebben met het Internationaal Instituut voor Lucht- en Ruimterecht van de Universiteit Leiden. Daarmee is het ook een boek geworden dat de ‘successen van de staf, de studenten en de vrienden van het IIASL viert’, aldus Scott. ‘Het doel van het boek is het onderwerp luchtrecht verder uit te diepen en kritisch onder de loep te nemen.’ We spraken met Benjamin Scott over dit project.
Wat is het concept van het boek en hoe kwam het tot stand?
Begin 2014 nodigde Professor Mendes de Leon me uit om samen een hoofdstuk te schrijven over onbemande vliegtuig systemen - unmanned aircraft systems (UAS). Terwijl ik bezig was met het hoofdstuk werd het me duidelijk dat de dertig pagina’s die voor het luchtrecht waren bedoeld liet niet genoeg ruimte om het gebied in ontwikkeling grondig te onderzoeken, en het werd duidelijk dat er behoefte was het hoofdstuk uit te breiden in een substantieel werk.
Het doel van het boek is het onderwerp verder uit te diepen, zodat er een veelomvattend werk ontstaat dat het UAS luchtrecht kritisch introduceert. Een andere reden voor het boek is het vieren van de grote successen van de staf, de studenten en vrienden van het Internationaal Instituut voor Lucht- en Ruimterecht (IIASL) van de Universiteit Leiden. Daarom, iedereen die een bijdrage heeft geleverd, waarnaar mijn grote dankbaarheid gaat, zijn luchtvaart experts met een sterke binding met het instituut.
Hoe is het boek opgebouwd en welke gebieden van het recht komen er in voor?
Het boek is onderverdeeld in 3 kern secties: internationale vraagstukken, regionale ontwikkelingen en nationale wetten. De sleutelgebieden van het recht zijn strafrechtelijke en burgerrechtelijke aansprakelijkheid; de rol van internationale en supranationale agentschappen: International Civil Aviation Organisation (ICAO), European Union (EU), European Aviation Safety Agency (EASA), Association of South East Asian Nations (ASEAN); verzekering; privacy; cyber veiligheid; civiele UAS markten; en nationale wetgeving met betrekking tot 29 verschillende rechtsgebieden verdeeld over 6 continenten. Al deze sleutelgebieden zijn grondig bestudeerd vanuit een luchtvaart rechtsvergelijkend perspectief, terwijl op hetzelfde moment, waardering wordt gegeven aan de multidisciplinaire dimensie die UAS omvat.
Wat zie je als grootste uitdaging in de toekomst voor het regulieren van UAS?
Binnen de geschiedenis van de luchtvaart, de grootste uitdaging is misschien wel geweest het vinden van een politieke motivatie voor het opbouwen en aanpassen van regelgeving voor een veilige verplaatsing van personen door een vliegtuig. Normaal gesproken komt nieuwe regelgeving of wordt regelgeving aangepast na een groot incident of ongeluk, waarbij levens zijn verloren of bezittingen zijn beschadigd. Dit is niet het geval voor UAS, waar vele organen of internationaal, regionaal en nationaal niveau, in zowel de publieke als private sector dringen aan op regelgeving. Hiermee komt een andere uitdaging en dat is waarschijnlijk het grootste obstakel voor de totstandkoming van de regelgeving van de UAS: harmonisatie. ICAO, EASA, staten zoals de USA en andere belanghebbenden kijken naar de regelgeving van de UAS, maar er wordt niet of nauwelijks samen gewerkt. Met als gevolg, dat het op een gefragmenteerde wijze plaatsvindt, het delen van informatie is beperkt, er is geheimhouding, dupliceren is gewoon en er zijn kennis hiaten. Een dergelijk systeem is niet geschikt voor een veilige luchtvaart omgeving, en harmonisatie moet worden nagestreefd.