ERC Advanced Grant voor Bernhard Hommel
Prof. dr. Bernhard Hommel heeft een Advanced Grant ontvangen van de European Research Council (ERC). Met deze beurs van 2,5 miljoen euro gaat de cognitief psycholoog vijf jaar lang onderzoek doen naar 'metacontrole'; de manier waarop wij bepalen hoe groot de invloed van onze doelen is op ons daadwerkelijke gedrag.
Ons doel bepaalt ons gedrag
Menselijk gedrag is de uitkomst van een worsteling tussen de vrije wil en gewoonten, wordt vaak beweerd. Ons gedrag wordt in eerste instantie bepaald door processen die bewust worden aangestuurd vanuit de doelen die we nastreven. Deze doelgerichte processen worden vervolgens beïnvloed door prikkels van buitenaf die kunnen leiden tot onbewuste handelingen.
Of speelt er meer?
Volgens Prof.dr. Bernhard Hommel zit het anders in elkaar. Zijn visie is gebaseerd op zijn recente theorie (The Metacontrol State Model, gecombineerd met The Theory of Event Coding) die is gestaafd op gedrags- en neurowetenschappelijke observaties. Volgens Hommel hangt de mate waarin doel gerelateerde processen ons gedrag sturen er maar net vanaf hoe vasthoudend we dat doel nastreven óf juist hoe flexibel we het kunnen loslaten. Afhankelijk van de taak, de situatie en persoonlijke ervaringen bepalen wij dus zelf hoe groot of klein de invloed van onze doelen op ons gedrag is. Dit proces wordt ‘metacontrole’ genoemd. Dit gaat Hommel onderzoeken met de ERC Advanced grant, de beurs voor gevestigde onderzoekers die leidend zijn in hun expertisegebied.
Flexibel of vasthoudend
Met zijn project wil Hommel individuele metacontrol policies in kaart brengen: de mate waarin deelnemers vasthouden aan hun doelen of flexibel zijn. Hebben de taak zelf en de omstandigheden waarin die taak wordt uitgevoerd invloed op de neiging vasthoudend of flexibel te zijn? Hoe kunnen individuele verschillen daarin worden verklaard? Kunnen mensen ook metacontrol policies van andere mensen overnemen en hoe werkt dat? Om dit te onderzoeken gaat hij gebruik maken van een combinatie van onderszoekstechnieken, waaronder brain imaging, computationeel modelleren en virtual reality.
Ook wil Hommel onderzoeken of en in welke mate prikkels uit de omgeving ervoor kunnen zorgen dat mensen automatisch een bepaalde metacontrol policy hanteren. Hommel wil weten of het zou kunnen dat metacontrol policies uiteindelijk een vaste gewoonte kunnen worden, wanneer ze vaak worden gebruikt en wanneer dit maatschappelijk en cultureel gewenst is.
Korte- en langetermijneffecten
In zijn onderzoek naar metacontrole richt Hommel zich onder andere op de volgende onderwerpen:
De kort termijneffecten van meditatie op divergent denken
Deelnemers worden blootgesteld aan een sessie open-monitoring meditatie of divergent denken. Maakt hen dat (a) beter in andere taken die flexibiliteit vereisen; (b) slechter in taken die vereisen dat zij volhoudend zijn; en (c) socialer in de omgang met anderen? Hebben focused meditation en convergent denken tegenovergestelde effecten?
De lange termijneffecten van het aanleren van regels voor sociaal gedrag
Deelnemers leren regels voor sociaal gedrag die op integratie gericht zijn, op inclusie van anderen in het eigen redeneren. Zorgt dat ervoor dat ze (a) beter zijn in andere taken die flexibiliteit vereisen; (b) slechter zijn in taken die vereisen dat ze volhoudend zijn; en (c) socialer zijn in de omgang met anderen? Heeft het aanleren van regels die op individualisme gericht zijn tegenovergestelde effecten?