Sociaal angstige mensen wél geïnteresseerd in de ander
Het beeld dat sociaal angstige mensen oogcontact vermijden uit desinteresse voor de ander moet worden bijgesteld. Zij halen namelijk hun informatie uit andere lichaamstalige bronnen, zoals de handen. Dat blijkt uit onderzoek van de Leidse psychologe Mariska Kret dat gepubliceerd wordt in Biological Psychology.
Hardnekkig beeld
In eerdere onderzoeken werd het vermijden van oogcontact uitgelegd als desinteresse, waardoor het hardnekkige beeld ontstond dat mensen met sociale angsten voornamelijk in zichzelf zijn geïnteresseerd.
Hele lichaam
Mariska Kret werkt in haar eigen lab CoPAN (Comparative Psychology & Affective Neuroscience), onderdeel van het Leiden Institute for Brain and Cognition. Ze liet een groep sociaal angstigen en een controlegroep afbeeldingen zien van mensen die een bepaalde emotie uitdrukten, zoals angst, woede of blijdschap. Het verschil met eerder onderzoek is dat Kret afbeeldingen van het hele lichaam toonde, in plaats van alleen afbeeldingen van emotionele gezichten. Zo zijn de handen ook enorm expressief en kunnen ze de communicatieve boodschap beter helpen overkomen. Kret constateerde dan ook dat de proefpersonen weliswaar oogcontact vermeden, maar andere lichaamsdelen juist goed registreerden.
Dreigend
Volgens Kret is het niet vreemd dat mensen met sociale angsten, en zeker met een sociale angststoornis, iemand liever niet in de ogen kijken. ‘Ogen zijn toch iets heel bijzonders’, legt ze uit. ‘Niet alleen voor mensen maar ook voor dieren, die direct oogcontact over het algemeen als dreigend ervaren. En we kennen allemaal het spelletje waarbij je elkaar zo lang mogelijk in de ogen moet kijken. Niet veel mensen houden dat lang vol.’
Handen
Handen daarentegen ervaart men niet zo heftig als ogen, maar ze zijn minstens zo expressief. ‘Kijk maar welke rol handen spelen in de kunst’, aldus Kret. ‘Je ziet opvallend vaak dat op portretten naast het gezicht ook de handen worden afgebeeld.’
Vooroordeel
Het beeld van de sociaal angstige mens die niet goed emoties registreert is eigenlijk gek, omdat er in de wetenschappelijke literatuur nooit veel bewijs voor is gevonden. Sterker nog, hersenscans wijzen vaak op een overactieve amygdala, het hersengebied dat belangrijk is voor de verwerking van emoties. Kret denkt dat het misschien te maken heeft met vooringenomenheid. ‘Bewust of onbewust gaan onderzoekers er misschien automatisch van uit dat de klinische populatie in een onderzoek het slechter zal doen dan de controlegroep.'
Autisme
Kret pleit voor een frisse blik op de bestaande literatuur. ‘Zie oogcontact niet als enige vorm van emotieregistratie. Misschien krijgen sociaal angstige mensen wel een veel completer beeld van iemand, doorat ze naar het hele lichaam te kijken.’ Ze denkt ook dat haar onderzoek interessante aanknopingspunten biedt voor andere terreinen. Kret: ‘Wat zegt dit bijvoorbeeld over mensen met autisme, van wie ook bekend is dat ze vaak geen oogcontact maken? Mogelijk zal ik me daar in een vervolgonderzoek op gaan richten.’
Afbeelding: Creazione di Adamo. Fresco door Michelangelo (plm. 1512)