Historicus kraakt beeld labiele koningin Juliana in Hofmansaffaire
Koningin Juliana was niet, zoals vaak beweerd is, een labiele vorstin die volledig onder invloed stond van gebedsgenezeres Greet Hofmans. En haar religieuze vriendenclub was geen sekte met een politieke agenda. Dat concludeert Han van Bree na nieuw archiefonderzoek. Promotie 24 juni.
Dreiging echtscheiding en troonsafstand
Hoogoplopende spanningen rondom koningin Juliana werden in 1956 wereldnieuws dankzij een interview met een anonieme bron in het West-Duitse tijdschrift Der Spiegel. Er dreigde echtscheiding en troonsafstand omdat zij volledig onder invloed zou zijn van gebedsgenezeres Greet Hofmans. De koningin organiseerde met Hofmans en haar Baarnse vriendenclub religieuze conferenties op Paleis ’t Loo. De groep was uit op politieke macht, zo werd gesuggereerd in het interview. Het beeld van een zeer beïnvloedbare koningin werd breed opgepikt. Pikant is dat later uitlekte dat prins Bernhard de geïnterviewde was.
Hofmans geen gevaarlijke intrigante
Van Bree concludeert op basis van zijn onderzoek: ‘Juliana was geen willoos slachtoffer. Uit haar correspondenties en de conferentieverslagen blijkt dat ze zich kritisch opstelde en openhartig mee discussieerde.’ Ook vond hij geen bewijs dat Greet Hofmans een gevaarlijke intrigante was, een soort Raspoetin zoals dikwijls gesuggereerd is. ‘Er is een opmerkelijke discrepantie tussen persoon en perceptie. Hofmans stelde zich wel voor als iemand die in contact stond met een hogere macht, maar tegelijkertijd benadrukte ze telkens dat iedereen zijn eigen keuzes moest maken.’
Onderzoek privéarchieven en gesprekken oud-medewerkers
De Leidse promovendus is de eerste historicus die de crisis onderzocht vanuit het perspectief van Juliana, haar vrienden en ontslagen medewerkers. Hiervoor onderzocht Van Bree niet eerder geraadpleegde privéarchieven van de Oude Loo-conferenties (1951-1957) en correspondenties van Juliana en betrokkenen uit die tijd. Ook sprak hij met enkele voormalig medewerkers, haar oude vrienden en nazaten van de betrokkenen.
Pleidooi voor pacifisme
Van Bree analyseerde de verslagen en de deelnemers van deze conferenties en torpedeert de suggestie dat de groep uit was op politieke macht. ‘Deelnemers discussieerden over wat Gods bedoeling met de wereld was en waren van mening dat de mens zich bescheidener op moest stellen. Ze pleitten voor pacifisme, maar dat was vooral een religieuze en geestelijke missie, geen politieke.’
Waarom brak Juliana?
Ter bezwering van de crisis bracht Juliana een pijnlijk offer: ze brak met Hofmans, de Baarnse vriendenclub en enkele naaste medewerkers. Ook bezocht ze niet langer de Oude Loo-conferenties. Van Bree’s onderzoeksvraag is: hoe kwam het dat de koningin in 1956 zo kwetsbaar was dat zij zoveel dierbaars op moest geven om haar huwelijk en de monarchie te redden?
Vrouwen moesten zich gedeisd houden
De hofcrisis moet gezien worden in het licht van de tijdgeest van toen, stelt de historicus. Vrouwen werden niet al te serieus genomen en moesten zich gedeisd houden. Uit de correspondenties blijkt dat de vriendinnen van Juliana haar onafhankelijkheid aanwakkerden. ‘Het zinde Bernhard niet dat Juliana meer haar eigen gang ging, dat was bedreigend voor hem. Ook de Commissie Beel, de onderzoekscommissie die de crisis onderzocht, luisterde niet goed naar wat Juliana te zeggen had.’
Koude Oorlog
Een ander belangrijk aspect is dat de crisis zich afspeelde midden in de Koude Oorlog en Bernhard juist voorstander was van een sterker Nederlands leger. Een vurig pleidooi voor pacifisme werd al snel als politieke bemoeienis gezien, aldus Van Bree. Hij beargumenteert dat Juliana juist níet emotioneel handelde. ‘Uiteindelijk maakte ze de heel rationele keuze om haar huwelijk en de monarchie te redden.’
(24 juni 2015 - LvP)
Zie ook
Het boek De geest van het Oude Loo – Juliana aan haar vriendenkring 1947-1957 is vanaf 24 juni 2015 te koop.
(Uitgeverij Conserve)