Even voorstellen: Tristan Mostert
Per 1 september is Tristan Mostert als AIO aangesteld bij het Instituut voor Geschiedenis waar hij met een NWO-beurs werkt aan een proefschrift over Makassar en Europees-Aziatische oorlogvoering in de vroegmoderne tijd.
Buiten-Europese wereld
Na mijn middelbare schooltijd in Leeuwarden nam ik, samen met drie vrienden, rustig de tijd om te bedenken wat ik wilde studeren door een jaar wandelend door Europa te trekken. Bij thuiskomst schreef ik me overtuigd in voor geschiedenis. Ik twijfel er niet aan of de Kathaarse burchten, Franse edelen die de Franse Revolutie nog steeds als een schurkenstreek zagen, Catalaanse nationalisten, de overblijfselen van het Kalifaat van Cordoba in Spanje etc. etc. die we onderweg tegenkwamen hebben sterk aan die beslissing bijgedragen.
In Amsterdam raakte ik gefascineerd door de buiten-Europese wereld, en ontdekte dat die aan de UvA beperkt vertegenwoordigd was. Na mijn bachelor maakte ik daarom de overstap naar Leiden voor de onderzoeksmaster van wat toen ‘de geschiedenis van de Europese expansie en de wereldwijde interactie’ heette. Mijn afstudeerscriptie was gewijd aan oorlogvoering door de VOC – een onderwerp dat na de dekolonisatie een tijdlang nogal uit de mode was geraakt. De ondertussen volop woedende discussie over de ‘Militaire Revolutie’ in Europa als verklaring voor de latere opkomst van het Westen stoelde daardoor op relatief weinig en vaak verouderd onderzoek. Onder leiding van Femme Gaastra en Leonard Blussé probeerde ik iets bij te dragen aan deze discussie door te onderzoeken hoe de VOC militair opereerde tussen 1655 en 1663.
Publieksoverdracht, educatie en onderwijs
Ondertussen had ik een grote liefde opgebouwd voor musea en overdracht en begonnen de verschillende rondleidersbaantjes langzaam over te gaan in kleine onderzoeksopdrachten, assistentie bij het maken van een tentoonstelling, een publicatie… Na mijn afstuderen kon ik aan de slag als onderzoeker en educator bij de Bataviawerf en greep die kans aan. Daarna stond ik twee jaar voor de klas op de Open Schoolgemeenschap Bijlmer en werkte ik drie jaar voor het Rijksmuseum op zowel de afdeling geschiedenis als de afdeling educatie. Het afgelopen jaar deed ik freelancewerk voor verschillende musea en uitgeverijen.
Makassar en Europees-Aziatische oorlogvoering in de vroegmoderne tijd
Het onderzoek naar Europees-Aziatische oorlogvoering en het debat over de vermeende Militaire Revolutie bleef ik vanaf de zijlijn met interesse volgen. Vooral het boek Lost Colony van Tonio Andrade, over de val van Fort Zeelandia op Taiwan, deed me besluiten dat ik me graag weer voltijd aan dit onderwerp wilde wijden. Een NWO-beurs stelt me in staat om de komende jaren een proefschrift te schrijven over de militaire aspecten van de conflicten tussen Makassar en de VOC, die in de eerste plaats draaiden om de specerijenhandel op de Molukken. Lang leek het erop dat de VOC dit conflict onmogelijk kon winnen. Een bondgenootschap met een sterke en charismatische lokale leider leidde in 1669 echter toch tot de val van Makassar. Het conflict is een zeer waardevolle case studyop het gebied van Europees-Aziatische oorlogvoering, en roept veel vragen op over de vermeende Europese militaire superioriteit in deze periode.
Zo ben ik teruggekeerd in Leiden bij wat ondertussen ‘Colonial and Global History’ is gaan heten. Naast mijn proefschrift besteed ik een dag per week aan het beheer van de Atlas of Mutual Heritage, een online database met informatie over, en beeldmateriaal van, de wereld waarin de VOC en de WIC opereerden.