Alumnus Kunstgeschiedenis wint Ted Meijer-prijs 2013
Arthur Crucq, alumnus Kunstgeschiedenis en momenteel promovendus aan de Universiteit Leiden, heeft dit jaar de Ted Meijer-prijs in ontvangst mogen nemen van het Koninklijk Nederlands Instituut Rome (KNIR).
Caritas in de beeldhouwkunst
Crucq kwam in aanmerking voor de prijs met zijn afstudeerscriptie '
The Sensuous Virtue: Emotional Response to Berninis Charity on the Tomb of Urban VIII'. Hij schreef zijn scriptie in 2012 onder begeleiding van Prof.dr. Caroline van Eck in het kader van zijn afstuderen als kunsthistoricus in de Research Master Study of Art & Literature.
Met de prijs gaat Crucq in Rome verder onderzoek doen naar de mate van levensechtheid van personifcaties van Caritas in de beeldhouwkunst uit de periode tussen 1600 en 1750. Hij wil een significant corpus van Caritasbeelden beschrijven en deze iconografisch met elkaar vergelijken. Door middel van bronnenonderzoek hoopt hij meer inzicht te krijgen in de responses op deze beelden.
Momenteel is Crucq werkzaam als promovendus op het NWO Horizon project Knowledge and Culture onder leiding van Prof.dr. Johan Rooryck en doet hij onderzoek naar 'Universal decorative patterns and geometric core knowledge'. Vanuit verschillende disciplines, zoals onder meer de antropologie en de kunstgeschiedenis, zijn in het verleden universele kenmerken geformuleerd die in decoratieve patronen voorkomen. Een zo'n voorbeeld is spiegelsymmetrie; decoratieve patronen met T vormen, kruisvormen of driehoeken komen over heel de wereld voor. De vraag is nu op wat voor manier deze uniersele kenmerken ons inzicht kunnen verschaffen over geometrische concepten bij de mens. In hoeverre zijn deze aangeboren en/of aangeleerd, en op welke wijze bepalen geometrische concepten de manier waarop we decoratieve patronen ontwerpen en waarnemen. Om op deze vragen mogelijke antwoorden te vinden zal Crucq onder meer kijken naar studies over de universaliteit van decoratieve patronen uit het verleden en naar antropologische studies.