Rubiconwinnaars verleggen hun grenzen
Wetenschap draait om het verleggen van grenzen, en dat is precies wat Jan Dahlhaus, Quentin Bourgeois en Kim de Jong gaan doen. Dankzij een Rubiconsubsidie vervolgen zij hun onderzoek komend jaar in het buitenland.
Met een Rubiconsubsidie naar het buitenland
Alle drie promoveerden ze recent in Leiden, Jan Dahlhaus aan de Leidse Bètafaculteit, en sleepten ze vervolgens de Rubiconsubsidie voor veelbelovende jonge onderzoekers in de wacht. Het is die beurs die hen nu de mogelijkheid biedt om onderzoek te doen aan een buitenlandse universiteit, en zo een volgende stap in hun wetenschappelijke carrière te nemen. Maar hoe kwamen ze eigenlijk tot hun keuze?
Fysicus Jan Dahlhaus in Berkeley
‘Majorana-fermionen zijn deeltjes met veel potentie, die we alleen nog niet gerealiseerd hebben. Ik kijk naar de mogelijkheden om ze met behulp van lichtstralen en topologische isolatoren te realiseren. Joel Moore, de professor met wie ik ga samenwerken, is echt een grote naam in dat onderzoeksgebied. Het feit dat ik dankzij de Rubiconsubsidie naar Berkeley kan is echt gaaf. Natuurlijk is het carrièretechnisch heel mooi, maar ik kan vooral niet wachten om alle interessante mensen te leren kennen. Er is daar zo veel energie!’
Psychologe Kim de Jong in Philadelphia
Ik onderzoek de invloed die de kenmerken van een psychotherapeut hebben op het benutten van voortgangsfeedback in de behandeling. Aan de Universiteit van Pennsylvania ga ik de data van mijn promotieonderzoek analyseren met een statistische methode die daar ontwikkeld is. Waarom Pennsylvania? Het is natuurlijk een Ivy League-universiteit, maar daarnaast ben ik zelf geschoold in de klinische psychologie én de methodenleer, de hoogleraar waarmee ik ga samenwerken heeft diezelfde combinatie. Dat past bij mij. Net als de combinatie van onderzoek en praktijk: ik werk ook als behandelaar, en vind het heel belangrijk dat ik mijn onderzoek ook echt kan toepassen. Ik wil patiënten helpen.’
Archeoloog Quentin Bourgeois in Denemarken
Ik ben gepromoveerd op grafheuvels. In het derde millennium voor Christus zijn die aangelegd in kilometerslange rijen. Daar ga ik me verder in verdiepen. Niemand heeft het ontstaan en de betekenis van die rijen onderzocht. Ook in Denemarken komen grafheuvelrijen voor. Alle primaire data daarover bevindt zich aan de Aarhus Universiteit, en er zit een internationaal team dat al jarenlang onderzoek doet naar grafheuvels. Het lijkt mij geweldig om met hen te kunnen samenwerken. Ik wil dit jaar een inventarisatie te maken van de grafheuvelrijen, ze in de tijd en ruimte plaatsen en nieuwe technieken onderzoeken. Zodat ik straks hopelijk een grotere subsidieaanvraag aan het project kan koppelen. Er zit nog zo veel meer in dit onderzoek!’
Leiden blijft belangrijk
Gelukkig hoeven we niet bang te zijn deze onderzoekers kwijt te raken. Kim heeft bij terugkomst nog zeker vier jaar een positie, en Quentin geeft komend jaar zelfs colleges. ‘Speciaal geclusterd zodat ik maar één keer terug hoef. Ik vind het veel te leuk om te missen!’ Alleen Jan weet het nog niet zeker. ‘Ik kom terug naar Europa, maar of het Leiden wordt? Ik ontmoet graag nieuwe mensen, leer nieuwe dingen. Maar ik ben betrokken bij projecten, heb hier vrienden en collega’s. Natuurlijk blijft Leiden altijd belangrijk.’