Maarten Kunst genomineerd voor de LSr-Onderwijsprijs
Criminologiedocent Maarten Kunst is een van de vijf genomineerden die kans maakt op de LSr-Onderwijsprijs, de prijs voor de beste docent van het jaar. Zijn formule? ‘Nooit vertrouwen op hetzelfde kunstje.'
Dies
Tijdens de diesviering (8 februari) maakt de Leidse Studentenraad de winnaar bekend. Tot die tijd staat iedere week een kandidaat in de spotlights. Maarten Kunst (34) is docent Criminologie en geeft onder andere de colleges Daders en Slachtoffers en Forensische Victimologie. Hij doorspekt zijn lessen met intrigerende actuele voorbeelden en dat is een van de redenen waarom studievereniging Corpus Delicti hem voordroeg.
Robert M.
Kunst legt uit hoe hij te werk gaat: ‘Ik toon bijvoorbeeld een journaalitem over de grote schietpartij in Alphen aan den Rijn en vraag studenten vervolgens of zij zich de beveiligingsbeelden herinneren met de schietende Van der Vlist. Sommige studenten beantwoorden die vraag bevestigend, terwijl die beelden nooit zijn getoond. Dat zet hen aan het denken hoe betrouwbaar herinneringen zijn.’ Een college over spreekrecht van slachtoffers lardeert hij met de zaak Robert M. en de machinaties van Anders Breivik worden besproken in lessen over toerekeningsvatbaarheid. ‘Rechtspsychologie is bij uitstek een vak dat je kunt koppelen aan de actualiteit. Hierdoor sluiten de colleges goed aan bij de belevingswereld van studenten en dat stimuleert hen om zich verder in de stof te verdiepen.’
Gal spuwen
Wat is volgens Kunst het geheim van een goede docent? ‘Een goede docent kijkt kritisch naar zichzelf en blijft dat doen. Aan het einde van een collegereeks vraag ik studenten altijd hun gal te spuwen en ik doe daar vervolgens wat mee. Want je moet er niet op vertrouwen dat hetzelfde kunstje altijd werkt. In de smaak vallen is één ding. Het gaat erom dat de stof werkelijk overkomt en studenten goede vaardigheden aanleren. Om iets over te dragen zoek ik voortdurend interactie en ik probeer studenten zoveel mogelijk bij hun naam aan te spreken. Dat valt niet altijd mee bij grotere aantallen.’ Tot op zekere hoogte is het vak goed aan te leren, meent hij. ‘Naast kritiek van studenten kun je ook veel leren van collega’s die feedback geven. Ook is het belangrijk dat je aansluit bij wat studenten bezig houdt. Dat je je realiseert dat ze in een hele spannende levensfase zitten waar ze van alles ontdekken en nachtenlang doorhalen op de vereniging soms van levensbelang lijkt.’
Fouten
Maar daarnaast spelen in dit vak aanleg en persoonlijkheid zeker mee. ‘Ik kom uit een echt onderwijsnest en bij ons thuis houden we er allemaal van om een boodschap over te dragen. Bovendien moet je als docent ook gewoon lef hebben. Je moet durven iets uit te proberen, ik ben niet bang om fouten te maken voor een volle zaal.’ Wat zou hij zelf nog willen verbeteren? ‘Ik ben geneigd om studenten alle vrijheid te geven bij het maken van hun scriptie. Sommige studenten hebben daar moeite mee. Misschien moet ik wat strenger zijn voor die groep.’