Slangengif grote bron voor medicijnen
Gisteren verscheen in het wetenschappelijke 'BioEssays' een coverartikel over het onderzoek van bioloog Freek Vonk, verbonden aan de Universiteit Leiden en NCB Naturalis, over de ongekende mogelijkheden van slangengif. Nog veel meer, dan oorspronkelijk werd aangenomen, kan slangengif ingezet worden voor het vervaardigen van diverse geneesmiddelen.
Vonk: “Waarom zouden we zelf in het laboratorium medicinale moleculen in elkaar gaan knutselen, als de natuur al bijna alle mogelijke actieve moleculen voor ons heeft gemaakt?” Samen met een team van farmacologen, clinici, systematici en biologen, heeft Vonk onderzoek naar het gebruik van slangengif gedaan, waarbij gebleken is, dat ook slangen zonder (voor)giftanden wel degelijk een grote bron van bruikbaar materiaal zijn.
Lang werd gedacht dat deze exemplaren geen gif hadden en werden zodoende genegeerd in het zoeken naar medicijnen. Uit jarenlang onderzoek is echter gebleken, dat de achtertand-giftige slangen even sterke gifstoffen uitscheiden als de gevaarlijke gifslangen, maar in veel mindere mate. Door nieuwe technologische ontwikkelingen is het nu mogelijk om snel en efficiënt bruikbare moleculen te identificeren en te extraheren uit deze giffen.
Er leven zo’n 3000 soorten slangen op de wereld, waarvan er ruim 2000 geen giftanden aan de voorkant van de bek hebben.