Universiteit Leiden

nl en

Is de veroordeling van Marine Le Pen een aanslag op de democratie?

Marine Le Pen, de momenteel immens populaire politica van Frankrijk, is veroordeeld wegens fraude met EU-gelden en mag tot 2027 niet deelnemen aan verkiezingen. Wim Voermans, hoogleraar Staatsrecht, spreekt zich over de veroordeling uit in de uitzending van Bar Laat.

De Franse rechtbank acht Marine Le Pen schuldig aan het verduisteren van 4,4 miljoen EU gelden en heeft haar veroordeeld tot 4 jaar cel, waarvan 2 jaar onvoorwaardelijk. Zij wordt gezien als het grote brein achter een soort criminele organisatie. Ook ontzet de rechter haar, als bijkomende straf met onmiddellijke ingang voor vijf jaar uit het kiesrecht, waardoor zij zich niet verkiesbaar kan stellen voor de presidentsverkiezingen van 2027. Die kiesrechtsanctie moet de rechter verplicht en met onmiddellijke ingang opleggen in dit soort gevallen, volgens de Franse wetgeving uit 2013. Ironisch genoeg was Le Pen zelf betrokken bij de totstandkoming van die wetgeving; zij vond de sancties indertijd zelfs te mild en pleitte zelfs voor een levenslange kiesrechtuitsluiting bij dit soort fraude.

Voermans zegt erover ‘dat deze uitsluiting een fundamentele democratische snaar raakt. Hoewel de straf zwaar is botsen rechtsstaat en democratie hier.' Eigenlijk wil je politici niet uit de politieke en democratische arena tillen. Het publieke debat hierover moet open blijven. Liefst zou je willen dat de kiezer over dit soort misdrijven oordeelt en niet de rechter. In Nederland kennen we daarom nog nauwelijks de mogelijkheid om iemand uit te sluiten van het kiesrecht. Een grote hoeveelheid Fransen wordt nu de mogelijkheid ontnomen om te stemmen op de kandidaat wie zij willen. In Nederland is de wetgeving sinds 1983 versoepeld en geldt - het niet verkiesbaar mogen stellen - alleen bij zeer ernstige kiesdelicten. Zo’n kiesrechtuitsluiting is sinds 1983 dan ook nog nauwelijks voorgekomen en nog nooit voor een politicus.

Tijdens de uitzending kwam ook de Lintjeskwestie van Minister Faber aan bod. Faber wil de voordrachten voor 5 oud vrijwilligers van het COA niet ondertekenen, omdat het haaks staat op haar beleid. Voermans noemt de houding van Faber ‘kleingeestig. Lintjes worden gegeven door de regering, dus de Koning en een minister. De verantwoordelijke minister tekent meestal daarvoor’ los van politieke overwegingen. Dat de premier samen met de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties nu in moeten springen, door alsnog te tekenen waar Faber weigerde, is iets wat nog niet eerder zo is voorgekomen en doet vragen rijzen over hoe het is gesteld met de eenheid van het regeringsbeleid.

Meer weten?

Bekijk de uitzending van Bar Laat

Deze website maakt gebruik van cookies.  Meer informatie.