Rapport Commissie Sociaal Minimum
Donderdag 28 september heeft de Commissie Sociaal Minimum (waarvan Koen Caminada lid is) haar tweede rapport aangeboden aan minister Schouten van Armoedebeleid.
De bestaanszekerheid moet landelijk worden aangepakt met een centrale rol voor de rijksoverheid. Structureel beleid is nodig om ervoor te zorgen dat mensen kunnen rondkomen en kunnen meedoen aan de maatschappij. De overheid moet daarvoor twee dingen doen: zorgen voor een toereikend inkomen, en zorgen voor een voorspelbaar en toegankelijk stelsel dat uitvoerbaar en houdbaar is. Dat staat in het tweede en afsluitende rapport ‘Een zeker bestaan II’ van de Commissie sociaal minimum. In juni adviseerde de Commissie sociaal minimum al om het sociaal minimum te verhogen. Donderdag jl. is het tweede rapport van de Commissie aangeboden.
Financiële bestaanszekerheid gaat niet alleen om voldoende inkomen, maar het stelsel moet ook voorspelbaarder en toegankelijker, zodat huishoudens ook echt krijgen waar ze recht op hebben. De Commissie adviseert om wettelijk vast te leggen dat er iedere vier jaar een herijking van het sociaal minimum komt. De Commissie adviseert verder dat de wettelijke positie van kinderen moet worden versterkt via een wettelijk recht op basisvoorzieningen zoals warm water en energie.
Uit het rapport blijkt dat de verhouding tussen het rijk en de gemeenten niet in balans is. Verschillen tussen gemeenten zijn te groot geworden. Het kan honderden euro’s per maand verschil maken waar iemand woont. Als eerste stap in het herstel zouden landelijke regelingen toereikend moeten zijn voor het merendeel van de mensen met een inkomen op het sociaal minimum. Ook zou de rijksoverheid een aantal zaken centraal moeten regelen, zoals beschermingsbewind, een aanvullende zorgverzekering of schoollaptop-voorzieningen. Daarbij is het nodig om eenduidige afspraken te maken over de doelgroep en de hoogte van lokale voorzieningen, zodat iedereen gelijk wordt behandeld, ongeacht de woonplaats. Gemeenten kunnen zich dan focussen op individueel maatwerk.
De overheid moet een realistisch mensbeeld hebben bij het aan werk helpen van mensen. Wie kan werken, krijgt hulp bij het vinden van een baan. Om de overgang van bijstand naar werk te vergemakkelijken, wil de Commissie de regels voor bijverdienen flexibeler maken. Voor mensen die niet kunnen werken, moeten er mogelijkheden zijn voor beschut werk of andere zinvolle activiteiten.
Het kabinet moet ook aan de slag met een grondige herziening van het toeslagenstelsel, met een focus op zekerheid. De Commissie formuleert daarvoor een aantal uitgangspunten.
Lees hier het rapport d.d. 28 september 2023 ‘Een zeker bestaan. Naar een toekomstbestendig stelsel van het sociaal minimum, rapport 2’.