Help! Er zitten microplastics in de slootjes van het Levend Lab
Wat gebeurt er als je watervlooien confronteert met piepkleine stukjes plastic? Eten ze het op, scheiden ze het weer uit? En wat heeft dat voor effect op de complete leefgemeenschap? In Vroege Vogels vertelt Martina Vijver, hoogleraar ecotoxicologie, hoe zij in het Levend Lab zoekt naar een antwoord op deze vragen.
Dat wegwerpplastic schadelijk is voor waterdieren, is inmiddels bekend: iedereen kent de foto's van vissen of vogels met magen vol plastic. Maar wat gebeurt er met het plastic dat uiteenvalt in piepkleine micro- en nanodeeltjes? Kunnen kleinere diertjes, zoals watervlooien of libelles, hier last van hebben?
Verslaggever Marjolein Snijders gaat op bezoek bij de slootjes van het Levend Lab. Hier 'vervuilen' onderzoekers het water met plastic, en onderzoeken ze de effecten op het waterleven.
Plastic traceren met een slimme truc
Vijver legt uit wat voor slimme methode ze hiervoor hebben bedacht: 'Aan het plastic voegen we zogenaamde Europium-kernen toe. Dit element komt van nature niet voor in beestjes en planten. Op die manier kunnen we dus meten en traceren hoe het plastic zich gedraagt in de slootjes. Welke dieren nemen het veel op?'
Op die manier onderzoeken Vijver en haar collega's ook wat micro- en nanoplastics doen met de totale levensgemeenschap in de sloot. Gaat die veranderen?
Wie zijn de koeien van de sloot?
Vijver voorspelt dat vooral de filterende organismen, veel microplastic binnenkrijgen. 'Maar als microplastics blijven plakken aan bijvoorbeeld algen, zullen ook de plantenetende diertjes, de 'herbivoren', plastics binnenkrijgen.' En wie zijn dan die 'koeien van de sloot', vraagt presentatrice Marjolein zich af. Met die vraag stapt ze naar promovendus Tom Nederstigt...
Luister hier het hele fragment: Vroege Vogels - Microplastics in waterdiertjes