'Hongaarse premier Orbán gedwongen te kiezen tussen macht en geld'
Volgens Brussel breekt de Hongaarse premier Viktor Orban sinds 2010 de rechtsstaat in Hongarije stelselmatig af. In een uiterste poging om daar iets aan te doen, wil de EU het uitkeren van subsidies afhanklijk maken van het in ere houden van de rechtsstaat.
Reden voor Hongarije en Polen om de hakken in het zand te zetten: de landen weigeren de EU-begroting goed te keuren. Hongarije creëert daarmee een groot probleem voor Brussel.
Orbán voelt de bui al hangen, zegt universitair hoofddocent Europees Recht Armin Cuyvers in het programma EenVandaag. 'Orbán is afhankelijk van Europese subsidies. Het is een belangrijke netto ontvanger van Europese gelden. Tegelijkertijd is hij bezig geweest om zijn machtsbasis te versterken door juist de rechtsstaat te ontmantelen. Dus juist het eronder krijgen van de rechters en onafhankelijke onderzoeksinstellingen vergroot zijn macht. Dus als hij de rechtsstaat moet toelaten, beperkt hij zijn macht en zijn mogelijkheden. Hij wordt gedwongen te kiezen tussen zijn macht en zijn geld en dat wil hij niet.'
Ook de controle op de uitgaven van Europese subsidies loopt stuk in Hongarije, omdat de rechters daar niet meer onafhankelijk zijn. Zo werd de zaak van Orbáns schoonzoon onderzocht door de Europese anti-corruptiewaakhond, maar uiteindelijk moet de Hongaarse justitie overgaan tot vervolging en in Hongarije gebeurt dat niet.
'Als in Nederland premier Rutte 100 miljoen zou verduisteren, zou hij worden aangeklaagd en voor een rechter moeten komen. Maar als er geen onafhankelijke rechters of aanklagers zijn, ben je daar niet bang voor. Dus Orbán hoeft niet bang te zijn dat een aanklager die hij heeft aangesteld, en aan hem loyaal is, hem aanklaagt. Daarom is het zo belangrijk voor de Unie om de rechtsstaat te creëren. Pas als die nationale rechtsstaat functioneert, kan de Unie effectief toezicht houden.'