Pieter ter Keurs in de Volkskrant over koloniale kunst
Binnen het maatschappelijk debat over racisme komt ook het koloniale verleden van Nederland beelden en musea die met dat verleden samenhangen opnieuw ter sprake. Moeten musea hun collecties niet opschonen en objecten teruggeven aan het land van herkomst? Hoogleraar musea, collecties en samenleving Pieter ter Keurs praat in een interview met de Volkskrant over de controverse omtrent koloniale kunst.
Aanleiding voor dit interview is de bekogeling van het Tropenmuseum in Amsterdam door activisten met verfbommen. Ze noemden het museum een ‘koloniaal instituut’ en de collecties zouden geroofd zijn. De relatie tussen dit soort musea en het kolonialisme valt niet te ontkennen volgens Ter Keurs. ‘Aan het einde van de negentiende eeuw, de meest agressieve fase van Europees kolonialisme, nam de omvang van deze museumcollecties enorm toe.’ Hij snapt de emoties van de activisten, maar pleit voor nuance en dialoog. ‘Zeker bij iets dat zo complex is als de restitutie van museumvoorwerpen moeten we niet onbezonnen te werk gaan’. Het debat gaat volgens Ter Keurs over veel meer dan alleen kolonialisme. ‘Het gaat over slavernij, stelselmatig geweld, uitbuiting en achterstelling. En dan lopen de emoties terecht hoog op. Toch moet je het gevoelige verleden niet uitvegen, maar juist bespreekbaar maken. Ik vind dat je dat deel van ons verleden met open vizier tegemoet moet treden.’
Het hele interview met Pieter ter Keurs in de Volkskrant is terug te lezen op de website van de Volkskrant.