'Ben ik dat?' Waarom het raar is jezelf terug te horen op een opname
We zijn slecht in het herkennen van ons stemgeluid op opnames. Hoe komt het dat die stem ons zo onbekend in de oren klinkt? Hoogleraar psycho-neurolinguistiek Niels Schiller leg het uit in een artikel in de Wetenschapsbijlage van het Algemeen Dagblad (AD).
Verrast zijn zodra je jezelf op een opname hoort of zelfs niet geloven dat het je eigen stem betreft. Volgens hoogleraar Niels Schiller komt dit vaak voor. Er is namelijk een verschil tussen hoe we onszelf horen en hoe we in werkelijkheid klinken.
Ons stemgeluid bereikt onze oren op twee manieren. Allereerst door de lucht: geluidsgolven raken het buitenoor en vinden via het trommelvlies hun weg naar het binnenoor, waar de geluidsinformatie wordt verwerkt en doorgegeven aan het brein. Daarnaast via de beenderen: tijdens het spreken veroorzaken de stembanden trillingen die via de schedel en het weefsel daaromheen het binnenoor bereiken. 'Als we praten, horen we een combinatie van deze twee geluidssignalen', legt Schiller uit. Daar komt bij dat de schedel als filter functioneert, waardoor onze stem lager lijkt dan deze in werkelijkheid is.
Ontevreden met je eigen stemgeluid? Helaas, aan je klank en intonatie is wel wat te doen maar bij je toonhoogte ligt dat anders. Deze is namelijk genetisch bepaald, aldus Schiller.