‘Brits handelsakkoord met de VS krijgt een stevig prijskaartje’
De Britse regering heeft te hoge verwachtingen van de Amerikaanse hulp na de Brexit: aan een mogelijk handelsakkoord met de Verenigde Staten hangt waarschijnlijk een stevig prijskaartje. Dat zegt universitair docent Joris Larik in De Volkskrant naar aanleiding van het bezoek van de Amerikaanse president Donald Trump.
De contouren van de Brexit worden steeds beter zichtbaar. Het Verenigde Koninkrijk zal streven naar het verlaten van de Europese douane-unie, het beperken van het vrije verkeer van personen en het onttrekken van het Verenigde Koninkrijk aan de rechtspraak van het Europees Hof van Justitie. Eén van de consequenties is dat Engeland voortaan in eigen handelsovereenkomsten mag sluiten met landen buiten de EU. Dus ook met de Verenigde Staten, schrijft Larik.
Take back control?
Maar dat is niet per se in het voordeel van het Verenigd Koninkrijk, denkt de universitair docent Vergelijkend, Europees en internationaal recht. ‘Weliswaar blijft het VK ook buiten de EU een belangrijke markt, maar in z’n eentje vertegenwoordigt het slechts een zesde van het bruto binnenlands product van de huidige EU. Het VK zal de Amerikaanse onderhandelaars iets moeten bieden om een handelsakkoord voor hen aantrekkelijk te maken. De slogan van de Leave-campagne was ‘take back control’. Maar in plaats van controle van de EU af te pakken, wordt die eigenlijk gewoon doorgegeven aan sterke landen buiten de EU. Voor niets gaat de zon op.’