Troonrede van een demissionair kabinet: politieke zwanenzang?
De Troonrede die koning Willem-Alexander voorleest op de derde dinsdag van september in 2017 is geschreven door een demissionair kabinet. Wat betekent dat voor de inhoud? Hoogleraar Arco Timmermans (Publieke zaken) en bestuurskundige Gerard Breeman analyseren in een artikel voor het Montesquieu Instituut eerdere troonredes van demissionaire kabinetten.
Er wordt druk op gespeculeerd: krijgen we op Prinsjesdag de Troonrede nu namens het kabinet Rutte II i of Rutte III voorgelezen door de majesteit? Het moet ineens wel heel vlot lopen allemaal wil dit laatste gebeuren. Wij denken dat het een demissionaire Troonrede wordt, de vijfde van Rutte II. Sinds 1945 hadden alleen Drees III en Den Uyl vijf Troonredes, in beide gevallen ook tijdens hun demissionaire periode. Gemiddeld genomen hebben zulke vijfde Troonredes minder beleidsinhoud dan eerdere Troonredes.
Politieke zwanenzang?
De verwachting van zo’n demissionaire Troonrede, zeker als het kabinet het volk al vier jaar heeft gediend, is dat het een uiterst bescheiden stand van zaken van het regeringsbeleid is. Eerder een politieke zwanenzang met ruimte voor het volgende kabinet om echt nieuwe plannen aan te kondigen dan een ambitieuze presentatie. Geen voornemens waar het parlement zich nog over moet gaan buigen en al helemaal geen gevoelige materie op de agenda. Een ‘beleidsarme’ troonrede dus, zoals dat wordt genoemd.