Portretserie Keti Koti
In persoonlijke verhalen reflecteren universitaire medewerkers en studenten met verschillende achtergronden op ons koloniale en slavernijverleden. Hoe werkt deze geschiedenis door in het heden en de toekomst?
Een Hedendaags Verleden – een terug- en vooruitblik
Welke stappen kunnen we als academische gemeenschap zetten om het verleden te verwerken? Hoe maken en geven we ruimte aan pijnlijke, maar eerlijke gesprekken? Met deze tentoonstelling maken we deze onderwerpen tastbaar om gesprekken te faciliteren en te laten zien hoe onze eigen hedendaagse ervaringen samen kunnen hangen met het verleden.
Deze portretten nodigen je als kijker uit om zelf ook (kritisch) na te denken over onze geschiedenis en de huidige samenleving. Zo zetten we ons voortdurend in voor gelijkheid en inclusie.
Annetje Ottow, voorzitter College van Bestuur
Read in English
‘Het herdenkingsjaar slavernijverleden heeft voor mij de koloniale geschiedenis en mijn eigen familiegeschiedenis bij elkaar gebracht en tastbaar gemaakt. De vanzelfsprekendheid van de geschiedenis zoals ik die heb geleerd, is er niet meer. We kijken nu kritischer naar het ons verleden, en dat vind ik persoonlijk een verrijking.’
Astrid Gravenbeek, privacy officer
Read in English
‘Ondanks dat ik zelf geen sterke binding heb met het herdenken van Keti Koti, ben ik blij dat ik naar de Keti Koti dialoog tafel gegaan ben. De bereidheid van alle gasten om aanwezig te zijn en zich kwetsbaar op te stellen; in de toespraken en in de persoonlijke verhalen, maakte het bijzonder. Het was ontroerend om te zien wat er gebeurt als mensen ruimte maken om echt naar elkaar te luisteren.’
Joy Chiquita Andriessen, communicatiemedewerker
Read in English
‘Tot aan de generatie van mijn moeder heeft het slavernijverleden invloed gehad op haar opvoeding en familierelaties. Haar moeder was een directe afstammeling van een tot slaaf gemaakte vrouw uit Paramaribo. Mijn moeder was vastberaden de ketenen van deze erfenis te doorbreken.
Ik hoorde laatst iemand zeggen, ik snap niet waarom donkere mensen meteen over racisme beginnen als iets tegenzit, want ze hebben toch gewoon dezelfde rechten en mogelijkheden als blanke mensen. In mijn optiek denken velen dat iedereen dezelfde rechten heeft dus dat er geen issue meer kan zijn. Je moet niet vergeten dat generaties van mensen niet hetzelfde mochten en konden doen waardoor die kansen nog steeds niet gelijk zijn.’
Demi Derks, student Geschiedenis
Read in English
‘Tijdens het herdenkingsjaar heb ik rondleidingen over de Anton de Kom-tentoonstelling gegeven. Hiervoor heb ik me in de Caribische geschiedenis verdiept en het werk van Anton de Kom gelezen. Ik probeer in de rondleidingen de wetenschap naar het publiek te vertalen.
Ik krijg allerlei vragen van het publiek, en ook verhalen over ontmoetingen tussen Nederlanders en Surinamers in het verleden. In het onderwijs moet er meer aandacht aan worden besteed. Er wordt onvoldoende kennis gedeeld over het thema in schoolboeken. Het is belangrijk om te leren omgaan met andere perspectieven op de wereld. Veel mensen zijn gewend dat zij alles kunnen zeggen. Leer de pijn van anderen te accepteren in plaats van deze te verkleinen. Ga het gesprek aan en vergaar kennis.’
Pauline Vincenten, voorzitter Universiteitsraad
Read in English
‘Mijn ouders hebben me opgevoed met het idee dat iedereen gelijk is, maar ik ben opgegroeid in een witte racistische samenleving. Vrijwel de enige figuur van mensen van kleur die ik in mijn jeugd zag was zwarte Piet. Ik heb onbewust veel vooroordelen meegekregen over mensen met een migratieachtergrond.
Voor ons als witte medewerkers en studenten van de Universiteit Leiden is het onze verantwoordelijkheid om ons bewust te zijn van hoe het koloniale verleden nog steeds doorwerkt in onze huidige samenleving in de manier waarop wij geleerd hebben om naar mensen te kijken, te beoordelen, te selecteren en kansen te scheppen. Daarin wil ik mijn eigen rol pakken om dit tegen te gaan.
Wat ik zie is dat mensen in een bevoorrechte positie vaak het voordeel van de twijfel krijgen en dat dit voor studenten en medewerkers van kleur veel minder geldt. Als academische gemeenschap is het onze rol om te luisteren naar de ervaringen van studenten en medewerkers van kleur, en actief bij te dragen aan een leer- en werkomgeving waar iedereen zich in al hun eigenheid thuis kan voelen.’
Lychinta Zichem, senior adviseur planning & control
Read in English
‘Het eerlijke verhaal moet nu eindelijk verteld worden. Hoe het echt is geweest en wat de doorwerking daarvan is. Er moet erkenning komen voor wat er is gebeurd. Tijdens de herdenking staan wij stil bij het eerlijke verhaal. Wat is er gebeurd? Hoe gaan wij ermee om? En hoe zorgen wij ervoor dat het zich niet herhaald? Er is begrip voor elkaar nodig om een gezamenlijke toekomst aan te kunnen gaan. Wij moeten niet naast elkaar, maar met elkaar leven. Dat kan alleen als er wederzijds begrip is op basis van het werkelijke en volledige verhaal. De geschiedenis waarheidsgetrouw schrijven.’
Pieter Slaman, universiteitshistoricus
Read in English
‘De Universiteit Leiden heeft het kolonialisme eeuwenlang ondersteund. Het is niet zo dat wij enkel met de normen van nu naar het verleden kijken, het was ook toen al omstreden. De helden van toen waren niet per se helden voor iedereen. Wat als recht en onrecht begrepen wordt, verandert, en verschilt per persoon en met de tijd. Ik zie zelf dat ik hierin voortdurend opnieuw positie bepaal. Onze generatie kan niet achteroverleunen met betrekking tot deze geschiedenis.’
Emma de Boer, student Geschiedenis
Read in English
‘Alle hoofdstukken van de geschiedenis moeten belicht worden, ook de donkere bladzijden. Het herdenkingsjaar en Keti Koti is een uitnodiging om de rol van Nederland in het slavernijverleden grondig te onderzoeken en te erkennen. Het maakt deel uit van ons nationale verhaal en mag niet vergeten worden, hoe pijnlijk ook. Laten we samen, tijdens Keti Koti, vieren dat de slavernij is afgeschaft, maar ook vastbesloten zijn om ons verleden te onthouden en ervan te leren.
Keti Koti, het Herdenkingsjaar, en het onderzoeksproject over het slavernijverleden van de Universiteit Leiden vormen een startpunt; het slavernijverleden dient permanent onderdeel te worden van ons nationale narratief. Laten we de herinnering aan het slavernijverleden als een stap voorwaarts zien, zonder ons te verdelen en polariseren.’
Mara Constantinescu, regiocoördinator Latijns-Amerika
Read in English
‘Als leerling en vervolgens student in postcommunistisch Roemenië beschouwde ik studeren eerder als een plicht dan als een voorrecht. Tijdens mijn eerste internationale ervaringen in Europa was ik overweldigd door de plotselinge diversiteit om me heen, maar ik had nog steeds het gevoel dat er een grotere wereld was. Dat zou ik ontdekken toen ik naar Latijns-Amerika verhuisde. Er ging een hele nieuwe wereld voor me open – door landschappen, mensen, kennis, kunst en sensitiviteit.
Ik heb de afgelopen tien jaar zowel daar als hier in het hoger onderwijs gewerkt. Ik kwam erachter dat kennis(re)productiesystemen een fundamentele noodzaak zijn om rechtvaardiger samenlevingen te creëren waarin iedereen kan floreren. Dat zorgde ervoor dat mijn interesse in diversiteit werd omgezet in een missie voor diversiteit en kennisrechtvaardigheid.’
Manar Ellethy, promovenda geschiedenis
Read in English
‘Keti Koti is een onvoltooid verhaal. Een verhaal van ons verleden dat nog steeds leeft in het heden. De viering vorig jaar voelde voor mij als een stap voor heel Nederland in het begrijpen en zien van Keti Koti als iets dat centraal staat in ons verleden en heden, niet aan de rand of verstopt is in onze geschiedenis.
Het Herdenkingsjaar is niet een moment voor geruststelling, maar voor problematisering. Dat betekent dat we stappen moeten maken om het verleden te herstellen. We moeten ruimte maken voor moeilijke discussies over herstelbetalingen, institutioneel racisme, en discriminatie, ook binnen onze universiteiten. We ruimte moeten maken voor persoonlijke ervaringen.’
Nalani Verwoord, student-lid faculteitsbestuur
Read in English
‘In de maatschappij is, bewust en onbewust, wit nog steeds de norm in onze gedachten en systemen. Ik heb een bevoordeelde achtergrond waardoor ik hier goed doorheen ben gekomen. Dit verandert niet dat mensen in eerste instantie mijn zwartheid als voornaamste eigenschap registreren en daardoor van mij verwachten dat ik de zwarte bevolking vertegenwoordig. Zwarte Nederlanders hebben echter evenveel verschillende achtergronden, meningen, ervaringen en persoonlijkheden. Ik kan dan ook alleen namens mezelf spreken. Ik verlang naar een verandering waarin ik eerder als individueel persoon dan als voorbeeld wordt gezien.’